Er zijn twee muzikale arrangementen van het ‘Ave Maria’ die niet of nauwelijks te vermijden zijn in deze reeks. De eerste, van Bach/Gounod, beschreef ik in het vorige artikel. De versie van Schubert is ongetwijfeld net zo bekend. En hoe opvallend: even min als de setting van Bach/Gounod is Schuberts arrangement niet in eerste instantie gecomponeerd als een ‘Wees gegroet’ aan Maria!
Walter Scott
De Schotse schrijver/dichter Walter Scott (1771-1832) schreef in 1809 een episch gedicht getiteld: “Lady of the Lake”. Het oorspronkelijke gedicht is een sterk geromantiseerd verhaal van Scott over een vrouw, Ellen Douglas, die zich samen met haar vader moet verstoppen in een grot om te ontkomen aan de wraak van koning James V (1771-1832) op ‘clanleider’ Roderick Dhu. Er wordt een heuse oorlog voorbereid tussen drie mannen om de liefde van Ellen te veroveren.
De oorspronkelijke Engelse tekst werd door de Duitse historicus en pedagoog Adam Storck (1786-1822), uit de losse pols, in het Duits vertaald. Die vertaling markeerde de populariteit van Scott bij een breder publiek. Hij werd een van de meest gelezen schrijvers van zijn tijd.
Schubert toonzette in 1825 een aantal delen uit Scott’s ‘Lady of the Lake’. Zeven in totaal. Het zesde lied is bekend geworden als ‘Ellens dritter Gesang’, ofwel ‘Hymne an die Jungfrau’.
Scotts Hymn to the Virgin Ave, Maria! maiden mild! Ave, Maria! undefiled! Ave, Maria! stainless-styled! |
Storcks vertaling Ave Maria! Jungfrau mild, Ave Maria! Unbefleckt! Ave Maria! Reine Magd! |
De openingswoorden alsmede het refrein (“Ave Maria”) indiceerden een religieuze context. De oorspronkelijke romantische Duitse tekst, of beter gezegd, de eigenlijke Engelse tekst, werd later veelal vervangen door de Latijnse tekst. Evenals de versie Bach/Gounod: veel gekozen muziek bij huwelijken en ter aarde bestellingen (zo ook bij het huwelijk op 2-2-2002 van Willem Alexander en Maxima Zorreguita).
Franz Peter Schubert (1797-1828)
Schubert werd geboren in een buitenwijk van Wenen. Zoon van een onderwijzer die uit twee huwelijken niet minder dan 19 kinderen had groot te brengen. Wat is het bewonderenswaardig dat de vader van ‘Franzelr’ binnen dat drukke gezinsleven de muzikale talenten van zijn zoon onderkende. Op de leeftijd van 8 jaar kreeg Franz vioollessen van zijn vader. Ook kreeg hij op die leeftijd zanglessen van Michael Holzer. Hij ontroerde zijn docent met zijn stem zo zeer dat Holzer daarover correspondeerde met de vader van Franz. “Ik verzeker u, met de tranen in mijn ogen: zo’n leerling heb ik nog niet eerder gehad. Wanneer ik hem iets nieuws wilde bijbrengen, wist hij het al”.
Franz zong zo uitzonderlijk mooi, dat hij werd aangenomen als ‘Sängerknabe’ bij de Weense Hofkapel. Feitelijk de voorloper van de ‘Wiener Sängerknaben’.
Ik stel me zo voor dat het buiten werelds mooi geklonken moet hebben. Ik vond een opname uit 1957 van zo’n Wiener Knabe.
Ook nadat hij de baard in de keel had gekregen, mocht hij aanblijven in het internaat dat was verbonden aan de Hofkapel. Op 18-jarige leeftijd werd hij onder de wapens geroepen. Niks voor Schubert. Om aan de militaire dienst te ontkomen, werd hij hulponderwijzer aan de school van zijn vader.
En daarna? Een zorgelijk en heel kort leven. Een voortdurend gebrek aan financiële middelen en een reeks van mislukte sollicitaties.
Veel gelezen hebbende, denk ik ook niet dat Schubert een van de gemakkelijkste was. Een betrekking als tweede hoforganist (1825) beschouwde hij als minderwaardig en bovendien slecht betaald. Hij sloeg het aanbod af met de mededeling: ‘De staat moet mij onderhouden, zodat ik vrij en zorgeloos kan componeren’. Tijdgenoot Beethoven nam het nog voor Schubert op bij een andere sollicitatie: “Waarlijk, in Schubert woont een goddelijke vonk”, maar ook nu weer liep een en ander op niets uit.
De armoede werd zo goed als ondraaglijk. Hij moest elke week geld vragen aan zijn stiefmoeder om in elk geval eten te kunnen kopen. Toch gaf Schubert, een half jaar voor zijn dood, op eigen risico een concert waar alleen werken van hem zelf werden uitgevoerd. Dát werd een groot succes. Van de opbrengst kon hij een piano kopen nadat hij dit instrument jarenlang had moeten huren en hij was in staat een deel van zijn schulden af te betalen.
Op 4 november 1828 schreef Schubert zich in als leerling in de contrapunt (punctus contra punctum – noot tegen noot), een compositietechniek voor meerstemmige muziek). Een week later bleek hij tyfus te hebben. Daar overleed hij aan, 31 jaar oud. Een Oostenrijks dichter stelde zijn grafschrift op: “De dood begroef hier een rijk bezit, maar nog schoner de verwachtingen”.
Groot oeuvre
Een noeste werker was Schubert zeker. Hij componeerde elke dag van 6 uur in de ochtend tot 1 uur in de middag zonder te pauzeren. Daarna dook hij met vrienden de kroeg in. Hij liet dan ook, ondanks zijn vroege dood, een zeer indrukwekkend oeuvre achter.
- 14 Symfonieën
- 11 Ouvertures
- 10 Missen
- 12 Cantates
- 16 Opera’s
- Kamermuziek, pianowerken en natuurlijk ongeveer 1000 ‘Lieder’.
Schuberts Ave Maria in andere media
Het lot van zo’n overbekend Ave Maria lijkt welhaast onontkoombaar: iedereen gaat er mee aan de haal.
- Ellens dritter Gesang is te horen in meerdere computerspellen (!!!);
- Ook is het de titelsong in de film Hitman;
- In de film Der freie Wille speelt zich een lange scène af in een kerk waarin Ellens dritter Gesang wordt gezongen (wel mooi);
- In de tekenfilmserie South Park is het lied ook te horen;
- In de filmklassieker van Walt Disney, Fantasia (1940) komt het lied voor in een tranentrekkende bewerking;
Een mooie afsluiter? De Frans/Italiaanse film ‘L’Amanta pura uit 1958. Een piepjonge Romy Schneider (Christine) speelt hierin een Schubertliefhebster die verliefd wordt op een bloedmooie maar nogal onnozele en weinig geschoolde man, vertolkt door Alain Delon (inmiddels 83 jaar). Christine zingt haar gebed (ook in het Frans klinkt het prachtig) als zij auditeert voor de Weense Staatopera (ik vermoed nagesynchroniseerd…), begeleidt door haar vader die cellist was in het theater van Josephstadt). Dramatiek ten top, want zowel vader als Christine zelf overlijden kort na dit optreden.
De cellist vraagt aan het slot van Christine’s optreden: “Houdt u van muziek, meneer?” en het antwoord luidt: “Vandaag zeker, ja”.