Perspectief 2021-52

6 Prof. dr. Peter Nissen Perspectief Op de felle polemiek en negatieve beeldvorming in de zestiende en zeventiende eeuw volgden eeuwen van verwijdering. Katholieken en dopers wisten weinig van elkaar, hadden weinig of geen contact met elkaar, en zo konden oude beelden in stand blijven, ondanks de veranderingen die beide geloofsgemeenschappen in de loop der eeuwen doormaak- ten. Dat het tegen het eind van de twintigste eeuw dan toch tot een gesprek kwam, is mogelijk gemaakt door de opbloei van de bilaterale oecumenische dialogen die de rooms-katho- lieke kerk sinds het Tweede Vaticaans Concilie voert met andere christelijke kerken en kerkelijke gemeenschappen. De aanzet daartoe werd gegeven door het conciliedocument over de oecumene, het decreet Unitatis redintegratio uit 1964. De spelregels voor de dia- logen werden vastgelegd in het Oecumenisch Directorium, dat in 1967/1970 werd gepubliceerd en in 1993 werd herzien. Binnen die spelregels kwam er een groeiende reeks gesprekken tot stand met orthodoxe, anglicaanse en protestantse kerken van uiteenlo- pende signatuur: lutheranen, gereformeerden, methodisten, baptisten, de Disciples of Christ, de Pinksterkerken en de Evangelicals. 4 In die reeks van gesprekken ontwikkelde zich geleidelijk ook de methodologie die eveneens in de katholiek-doperse dialoog is gevolgd: er worden delegaties samengesteld van competente deskundigen; die komen jaarlijks of tweejaarlijks bij elkaar voor een meerdaagse sessie, waarin op basis van vooraf verspreide papers uitgebreid met elkaar wordt gesproken; op basis van die gesprekken wordt na een (doorgaans vooraf afgesproken) reeks van jaren door een redactiecommissie een eindrap- port gemaakt; dat eindrapport wordt voorgelegd aan de kerkelijke overheden die de opdracht tot de dialoog hebben gegeven, in dit geval dus de Mennonite World Confe- rence en de Pauselijke Raad voor de Bevordering van de Eenheid; na aanvaarding van het rapport (voor de katholieke zijde nog na een controle door de Congregatie voor de Ge- loofsleer) wordt het door beide partijen gepubliceerd, doorgaans in verschillende talen tegelijk. Aan doperse zijde was er minder ervaring met oecumenische dialogen dan aan katholieke zijde. Maar toch was het fenomeen ook daar niet geheel onbekend. Zo waren er vooraf- gaande aan de dialoog met de rooms-katholieke kerk al dialooggesprekken geweest met de World Alliance (tegenwoordig Communion) of Reformed Churches en met de Baptist World Alliance.

RkJQdWJsaXNoZXIy MzgxMzI=