Perspectief 2021-52

10 Prof. dr. Peter Nissen Perspectief overtuigen van jouw gelijk, maar jij juist zelf wilt onderzoeken wat je van de andere traditie kunt leren en ontvangen. 6 Een belangrijk moment was ook het verschijnen in 2000, bijna halverwege de dialoog, van het document Memory and Reconciliation. The Church and the Faults of the Past van de (rooms-katholieke) Internationale Theologencommissie, bedoeld als theologische ond erbouwing van de ‘Day of Pardon’ in de Sint -Pieter in Rome op 12 maart 2000. Het document zou een belangrijke doorwerking krijgen in hoofdstuk 3 van het dialoograpport, waar gesproken wordt over de ‘healing of memories’. 7 3. De inhoud van het rapport Het oecumenische gesprek dat in 1998 van start ging, had een tweeledige doelstelling. 8 Om te beginnen werd het van belang geacht om te komen tot een gemeenschappelijk verstaan van het verleden, van de oorzaken en omstandigheden waarin de scheuring in de zesti ende eeuw tot stand was gekomen en van wat eraan voorafging: een ‘samen lezen van de geschiedenis’ dus. De tweede doelstelling was om te komen tot een beter verstaan van elkaars begrip en beleving van het christelijk geloof, om te ontdekken wat er aan ge- me enschappelijkheid bestaat (convergence) en waar er thema’s voor verder debat liggen, met andere woorden: waar de tradities niet op één lijn zitten (divergence). Deze tweeledige doelstelling bepaalde de inhoud van elke bijeenkomst, dus met zowel meer historische als meer theologische papers en gespreksonderwerpen, alsook de uiteindelijke compositie van het eindrapport, dat uit drie delen bestaat: een historisch deel (hoofdstuk 1), een the- ologisch deel (hoofdstuk 2) en de conclusie en het huiswerk voor de toekomst (hoofdstuk 3). In het historisch deel van het rapport wordt gezocht naar een gemeenschappelijke her- meneutiek van het verleden, een gezamenlijk verstaan van wat er is gebeurd, en dat niet uit historische nieuwsgierigheid, maar met het oog op het helen van de herinneringen (healing of memories). Drie thema’s krijgen daarbij bijzondere aandacht: ten eerste de breuk in de zestiende eeuw en de context van de verschillende hervormingen, in het meer- voud, want er was ook sprake van een ‘katholieke hervorming’ ; ten tweede het fenomeen van de kerk die onderdeel is van de gevestigde wereldlijke machtsstructuur, eerder al con- stinianisme genoemd, vooral in de Middeleeuwen; en ten derde het middeleeuwse christendom als gemeenschappelijk erfgoed van katholieken en dopers, met onder meer