Perspectief 2020-47

50 Prof. Mark D. Chapman Perspectief hij op dat ‘alles afhankel ijk is van de geest, het motief, het doel, de vooruitzichten waarmee het kerkvolk het nieuwe tijdperk binnen treedt, boven op het karakter dat haar al vanaf het begin kenmerkt.’ 24 Ik denk dat dit vandaag evenzeer waar is met betrekking tot de Algemene Synode als met betrekking tot de instelling van de structuren van de Angli- caanse Gemeenschap. De moeizaam verworven vrijheid van de leken om hun visie en opinies te uiten werd helder samengevat in een brief aan Henry Hoare, een van de negentiende-eeuwse pioniers op het gebied van lekenvertegenwoordiging. Wanneer de Synodes gesproken zullen hebben, zo stelde de schrijv er, ‘dan denk ik dat er tegen die tijd een voldoende basis aan publiek e opinie (in de beste zin) gevestigd zal zijn, zonder welke niemand kan handelen, en waar- tegen zelfs de Convocation … betrekkelijk machteloos zou staan.’ 25 Wanneer men verder kijkt dan de Britse Constitutie, is het belangrijk op te merken dat het gezag en de legiti- miteit van het House of Laity bovenal theologisch afhankelijk is van de notie dat de voornaamste roeping van alle christenen, die voortkomt uit het verbond van hun doopsel, word t uitgedrukt in een dergelijk begrip van ‘publieke opinie’. Een dergelijk benadering is niet vrij van kritiek: Colin Podmore stond bijvoorbeeld zeer kritisch tegenover het idee van een doopverbond omdat het eerder te liberaal en zeer Amerikaans zou zijn. 26 Deze invraagstelling van een theologie van de doop heeft gevolgen voor de perceptie van de legitimiteit van de House of Laity in de Algemene Synode in verhouding tot de andere Houses (ofschoon de House of Laity, eerder dan het Hoger- en Lagerhuis van de Convocatie, de belangrijkste erfgenaam van de parlementaire soeverei- niteit is). Het zou van meet af aan tegen de theologische richting van de Synode ingaan. Het rapport over Kerk en Staat uit 1916 dat geleid heeft tot de oprichting van de Church Asse mbly was bijvoorbeeld heel helder over de rol van de leken: ‘het is van groot b elang om duidelijk te maken dat wanneer wij pleiten voor het herstel van de autonomie van de Kerk, wij de Kerk bedoelen en niet alleen de geestelijkheid’. 27 Het lijkt mij dat de roeping die besloten ligt in de doop en uitgedrukt wordt in vertegenwoordigende synodes in het middelpunt van alle synodes moet staan, van het niveau van de parochie tot de structuren van de Anglicaanse Gemeenschap. Echter, dit inzicht wordt betwist door de verheffing van het ‘historische episcopaat’ boven het principe van synodalite it in de Anglicaanse Ge- meenschap, zoals belichaamd in de zogenaamde Lambeth Quadrilateral. Op zijn minst

RkJQdWJsaXNoZXIy MzgxMzI=