Perspectief 2018-39

2018-39 Symposium: De impact van de Hervorming in onze kerken Ds. Bruneau Jousselin 56 Reag eer Om behalve over de jeugd ook over het geloof te spreken, zelfs als het persoonlijk is en beleefd wordt in de alledaagse ervaring, moet het niet ontdaan worden van kennis en studie, en evenmin bij pastors en andere predikanten. “Nog een keer smeek ik alle chris- tenen, en vooral pastors en predikanten, om zich niet voortijdig voor geleerden aan te zien, zich niet in te beelden dat ze alles weten … maar zich eerder dagelijks te bekwamen in de zaak, altijd te studeren, en vervolgens zich te verzetten tegen de vergiftigde stom- miteit van de hoogmoed en de eigendunk. Men moet nooit ophouden te lezen, te onderrichten, te leren, te denken en na te denken.” 17 Deze bijdrage zal essentieel zijn voor de ontwikkeling van de Reformatie. “Meer funda- menteel is het de gedachte dat men geen christen kan zijn zonder het evangelie te kennen en te begrijpen. In deze zin participeert Martin Luther aan deze intellectualisering van het christendom die kenmerkend is voor de moderne tijden. Zijn pedagogisch werk getuigt er overvloedig van.” 18 3.2 Een existentiële theologie Een belangrijke toegang tot het geheel van zijn oeuvre vormt voor mij de personalisering van de ontmoeting tussen God en de gelovige, tussen Christus en de christen, tussen het wezen en het individu. Luther deelde zo in de ontwikkeling van “een individuele spiritua- liteit, die beantwoordt aan bepaalde evoluties in de samenleving, waar subjecten zichzelf ontdekken als individuele personen, die vrij zijn om zelf te denken.” 19 De gelovige als denkend subject en tegelijk als biddend subject. Marc Lienhard noemt dit een existentiële theologie, waarin denken en geloven niet gescheiden kunnen worden zonder meteen verweesd achter te blijven door het ontbreken van een essentieel onder- deel of van zijn focus. “Uw redding ligt niet in het feit dat Christus is voor vrome mensen, maar dat hij Christus is voor u en de jouwe is” 20 . Anders gezegd, en altijd met de pen van de Hervormer, in een subtiele overgang van een generisch wij naar een ik waarmee elke lezer zich kan vereen- zelvigen, en aan een direct je dat de lezer meteen interpelleert : «Zelfs als Christus duizend keer voor ons was gegeven en gekruisigd, zou dit tot niets dienen als het Woord van God niet kwam om hem uit te delen, om mij hem te schenken, om aan mij te zeggen: dit is voor jou, neem het en maak er het jouwe van.»” 21

RkJQdWJsaXNoZXIy MzgxMzI=