Perspectief 2014-26

Perspectief 14 prof. dr. Peter-Ben Smit Canon en eenheid: een nieuw perspectief Een belangrijk inzicht voor de herwaardering van de thema “canon” bij de bestudering van het Nieuwe Testament is dat het proces van canonvorming, in de betekenis van het vormen van een corpus van gezaghebbende teksten en de (eveneens autoritatieve) interpretatie ervan iets is dat vaak deel van de wordingsgeschiedenis van teksten zelf uitmaakt en in veel gevallen geen van buiten opgelegde beslissing is. Dit geldt in het bijzonder voor de vier canonieke Evangelies. 8 In het geval van deze teksten is het zelfs zo dat verschillende fases van hun wordingsgeschiedenis mee gecanoniseerd zijn. Doordat Markus én Lukas, Mattheüs, en Johannes in de nieuwtestamentische canon zijn beland, zijn er tenminste twee (Markus enerzijds, de rest anderzijds) stadia van het vormingsproces van de gezaghebbende en normatieve herinnering aan Jezus in de vorm van een biografie, i.e.: een Evangelie, bewaard gebleven als gezaghebbende tekst. Wanneer Mattheüs, Lukas, of zelfs Johannes eigenlijk bedoeld waren om het Markusevangelie te vervangen, heft de canonisering van alle vier deze poging (ten dele) op: nu gelden alle vier. 9 Met de canon is op deze manier ook een stukje van de wordingsgeschiedenis van de teksten tot gezaghebbende tekst gemaakt; dit geldt ook voor andere teksten, zoals de brieven van Paulus: deze zijn fragmenten van een doorgaand proces van het zoeken naar antwoorden rond identiteit en leven in gemeenschap “in Christus” en hen wordt het meeste recht gedaan wanneer naast historische reconstructie ook het doordenken in hun voetsporen een plaats krijgt. Anders gezegd: de wordingsgeschiedenis van de canonieke teksten is deel van de teksten zelf en dient ook deel uit te maken van hun interpretatie. Op deze manier kan er recht gedaan worden aan het (historische) karakter van de teksten zelf. Binnen de exegese van het Nieuwe Testament heeft met name Sanders dit benadrukt. 10 Tegelijkertijd valt er op deze inzichten verder te denken: wanneer het om recht te doen aan een geschrift nodig is om de wordingsgeschiedenis ervan te verdisconteren in de 8 Zie hierover, e.g., Theo K. Heckel, Vom Evangelium zum viergestaltigen Evangelium (Tübingen: Mohr Siebeck, 1999), als ook de essasy in: Richard Bauckham (ed.), The Gospels for All Christians: Rethinking the Gospel Audiences (Grand Rapids: Eerdmans, 1998). 9 Zie voor deze overwegingen ook het betoog van Watson, Gospel. 10 Zie, bijvoorbeeld, James A. Sanders, From Sacred Story to Sacred Text, Canon as Paradigm (Philadephia: Fortress, 1987), en daarin met name: ‘Biblical Criticism and the Bible as Canon,’ ‘Canonical Context and Canonical Criticism,’ en ‘From Sacred Story to Sacred Text’ (75-86, 153- 174, 175-191).

RkJQdWJsaXNoZXIy MzgxMzI=