Perspectief 2014-23

Perspectief Prof. dr. Herman Selderhuis 82 tot duidelijke en afsluitende oordelen leidde. Verder werd het concilie enerzijds in die zin als breuk gezien dat het een traditiebreuk was met de opvattingen en besluiten van de oude kerk, tegelijkertijd zag men het anderzijds als een voortzetting van een onbijbelse theologie en praktijk. Heel belangrijk voor het beeld van Trente bij de Gnesio-Lutheranen was de kritiek van de theoloog Flacius Illyricus, die toen in Regensburg werkte, en van Nicolaus Gallus, superintendent in Regensburg die beide het verloop van het concilie door de jaren heen nauwkeurig volgden. 32 Ze publiceerden verschillende publicaties en stelden daarbij in 1563 een verklaring op die door 34 gnesio-lutheranen ondertekend werd en die het concilie er van beschuldigde de ware religie en de ware kerk te vernietigen. 33 . Ook in andere publicaties uit de jaren 1562-1563 maakten Flacius en Gallus duidelijk dat dit con- cilie niet vrij was en ook niet de Heilige Schrift als norm had. Hun kritiek daarop was dat veel gedelegeerden de bijbel niet eens in de grondtaal konden lezen, en om deze kritiek te onderbouwen was men zelfs bereid om positief op de prestaties van Luthers tegens- tanden Erasmus te wijzen. Omdat het brede publiek blijkbaar nog niet zo sterk met de reformatorische leer bekend was te waarschuwen tegen de verleidende kracht van de de- creten, publiceerde Falcius ook nog zijn Trewe Warnung. 34 De macht van de paus en de bevoegdheden van de bisschoppen werden door Flacius gezien als een bedreiging van de gebieden die tot de Reformatie waren overgegaan, en daarmee speelt in zijn beeld van Trente duidelijk de politieke dimensie een belangrijke rol. Het gaat hem echter niet om politieke zelfstandigheid maar om politiek als leidende instantie bij de invoering en door- voering van de reformatie. Opvallend in de polemiek van Flacius en Gallus is dat de positie van de paus veel uitvoeriger beschreven wordt dan bijvoorbeeld de mis of de rechtvaar- digingsleer. Het invloedrijke werk “Examen Concilii Tridenti” van Martin Chemnitz, dat alleen al tussen 1564 en 1574 in 23 edities verscheen, hield zich met deze thema’s bezig. 35 . 32 Robert Kolb, The German Lutheran Reaction to the Third Period of the Council of Trent, in: Luther.Jahr- buch 51. Jahrgang 1984, 63-95. 33 Protestatio concionatorum aliquot Augustanae Confessionis, adversus conventum Tridentinum, per- niciem verae religioni & Ecclesiae molientem ... Accessit Norma simul et praxis constituendae religionis ac Ecclesiae, dirimendarumque controversiarum, jam pontifice & synodo recepta ac usitata, (n.p.), 1563. 34 Trewe Warnung für dem hochschedlichen betrug des Bapsts vnnd seines Concilij, damit sie vndter einem schein des nachgebens etlicher geringer Artickel, die einfeltigen Christen zu allen jren greweln zwingen, vnd auffs höchste verbinden wöllen, Regensburg 1563. 35 Reinhard Mumm, Die Polemik des Martin Chemnitz gegen das Konzil von Trient. Erster Teil, Leipzig 1905.

RkJQdWJsaXNoZXIy MzgxMzI=