Perspectief 2014-23

Perspectief Dr. Marcel Gielis 66 Een laatste passage waar ik wat nader wil op ingaan betreft het eerste gebod 10 . In het algemeen wordt gesteld dat degenen die geen geloof, hoop en liefde hebben, zondigen tegen het eerste gebod. Dat wordt gespecificeerd in: degenen die tot ketterij vervallen en degenen die geloof hechten aan dromen, voorspellingen en andere dergelijke ijdele din- gen; degenen die aan hun heil wanhopen en geen vertrouwen hebben op Gods goedheid; degenen die slechts op rijkdom, lichamelijke gezondheid of hun eigen krachten steunen. Verder gaat de catechismus in de uitleg van dit gebod vooral in op heiligen-, relieken- en beeldenverering. Opvallend is dat in vergelijking met de laatmiddeleeuwse catechese in de Nederlanden veel minder aandacht wordt besteed aan het bijgeloof. 3 Catechese en catechismus na het Concilie van Trente In dit derde deel van mijn bijdrage onderzoek ik de sporen van het Concilie van Trente en van de op last van dit concilie uitgevaardigde Catechismus Romanus in de latere catechis- mussen. Eerst bekijk ik de vloed aan officieuze catechismussen die verschenen in de eerste decennia na het concilie en dan de officiële catechismussen die van kracht waren in de Nederlanden, vanaf de Mechelse catechismus van 1609 tot aan de universele catechismus van 1992 (waarop de recente Youcat gebaseerd is). Catechismussen in de eerste decennia na het concilie N.a.v. het Concilie van Trente gebeurt er een opmerkelijke aanvulling aan de grote cate- chismus van Petrus Canisius, die vanaf 1566 een appendix toevoegt, waarin hij de tridentijnse leer over erfzonde en rechtvaardiging uiteenzet. Dit betekent dat het kroon- stuk van het Concilie van Trente, nl. Het rechtvaardigingsdecreet beter is verwerkt in de catechismus van Canisius dan in de Catechismus Romanus . De bisschoppen Franciscus Sonnius en Wilhelmus Lindanus en de jezuïet Franciscus Cos- terus en nog andere auteurs publiceerden in de tweede helft van de 16de eeuw catechismussen. Op de provinciale en diocesane synoden die in de jaren 1560-1570 voor de uitvoering van de tridentijnse hervormingsmaatregelen in de Nederlanden ingericht 10 Catechismus Romanus , III, III, 2 (eerste gebod), nr. 3: “Peccant in hoc [primum] preceptum, qui fidem, spem & charitatem non habent ... qui in haeresim labuntur ... qui somniis, auguriis, caeterisque vanissimis rebus fidem habent; qui de sua salute spem abijciunt, nec divinae bonitati confidunt; qui divitiis tantum, qui corporis valetudine, ac viribus nituntur”.

RkJQdWJsaXNoZXIy MzgxMzI=