Doof de Geest niet uit

REFLECTIE OP SPECIFIEKE CHARISMA’S 17 aansporing of troost (1 Kor. 14:1-4). Paulus spoort christenen immers aan om naar dit charisma ‘te streven’ (1 Kor. 12:31; 14:1). Gelovigen worden geacht binnen de geloofsgemeenschap profetische woorden te ontvangen, te horen, te onderscheiden en te interpreteren (1 Tess. 5:19-22). 37. Het charisma van profetie werd niet alleen aan belangrijke personen gegeven maar ook aan gewone mensen. Bijvoorbeeld, Elisabet (Luc. 1:41-45), Zacharias (Luc. 1:18-23, 59-64), Simeon (Luc. 2:25-35) en Hanna (Luc. 2:3, 6-38) profeteerden en loofden God om zijn beloftes over de verlossing. Ook vier naamloze dochters van Filippus profeteerden (Hand. 21:9). In het Nieuwe Testament is er niet één bepaald patroon voor de beoefening van profetie. Mensen als Agabus waren rondreizende profeten die van stad naar stad gingen om hun boodschap te verkondigen (Hand. 11:27-30, 21:10-14), terwijl anderen permanent deel uitmaakten van een bepaalde gemeenschap (Hand. 13:1; 1 Kor. 14:29-33). 38. De Openbaring die door de verrezen Christus aan Johannes is gegeven (Openb. 1:3) lijkt erg veel op de geschriften van de profeten van het Oude Testament. Johannes maakt gebruik van het symbolisme dat in joodse apocalyptische literatuur te vinden is, maar hij brengt ook een aantal duidelijke profetische boodschappen over waarin Christus gelovigen en gemeenten oproept om trouw te blijven en vol te houden (vooral in Openb. 2-3), terwijl hij hen ook hoop brengt door zijn beloftes (Openb. 19:9, 21:3-8). 2. PROFETIE IN DE KERKGESCHIEDENIS 39. Na de apostolische tijd bleven de profetische gaven nog eeuwenlang een rol spelen in het leven van de Kerk. Mensen als Ignatius van Antiochië (Aan de Filadelfiërs 7:1-2) en Polycarpus van Smyrna (Marteldood van Polycarpus, 5) hebben beiden geprofeteerd. Het onderwerp profetie werd in de vroege liturgische en devotionele documenten behandeld (Didachè 11:3-12, 13:1, 3-4; De pastor van Hermas 11). In zulke documenten werden de activiteiten van profeten omschreven en werden specifieke criteria aangereikt om gemeenten te helpen echte van valse profeten te onderscheiden. 40. Christelijke geschriften uit het hele Romeinse keizerrijk stonden vol met profetische verwijzingen, in het bijzonder in de loop van de

RkJQdWJsaXNoZXIy MzgxMzI=