Overeen 2006 17

9 De officiële dialoog tussen vertegenwoordi- gers van de Pinksterbeweging en de Katholieke Kerk begon in 1972, op initiatief van Kardinaal Willebrands 3 . We moeten bedenken, schrijft Father J. Usma Gómez, dat 40 jaar geleden ‘Catholics were in the dark about Pentecostal spirituality and missiology’ 1 . Hij schrijft dat als official van de Pauselijke Raad voor de Eenheid van de Christenen. Hij voegt er aan toe dat de meerderheid van de pinkstergelovigen geen weet had van de rijke spiritualiteit en de missionaire vitaliteit van katholieken. ‘Katholieken en pinkstergelovigen waren verschillend en op hun hoede voor elkaar.’ Dat is nog steeds zo. En veel katholieke priesters en bisschoppen zien de pinkster- gemeenten nog steeds als ‘sekten waarin helaas veel katholieken verstrikt zijn ge- raakt’. Het officiële katholieke standpunt is echter gewijzigd. De voorzitters van de Pauselijke Raad voor de Eenheid van de Christenen - zowel kardinaal Cassidy als zijn opvolger Kasper -, hebben publiekelijk opgeroepen de klassieke pinkstergemeen- ten niet als sekten te behandelen. Hoe het begon Een groep gelovigen was weggejaagd uit een baptistengemeente in Los Angeles omdat ze constant hamerden op de nood- zaak van een geestelijke revival. Die revival - opwekking - moest komen van intense prediking en gebedsbijeenkomsten. In 1905 begon deze groep met eigen bijeen- komsten in een huis onder leiding van William J. Seymour. Daar werd ‘een nieuw Pinksteren’ gepredikt en al spoedig was het huis te klein. Vanaf 14 april 1906 wer- den de bijeenkomst gehouden in een grotere ruimte in Azusa Street en kregen grote aantallen gelovigen een ervaring van ‘een persoonlijk Pinksteren’. Door de berichtgeving hierover kwamen veel mensen naar Azusa Street, ook uit het buitenland. En die mensen brachten de geestelijke ervaring die ze opdeden naar eigen land over. Zo ontstond al in 1907 in Nederland een groep die deze opwekking predikte en beleefde. Na enige decennia zagen deze pinkstergelovigen zich ook in Nederland gedwongen om een ledenlijst te gaan bijhouden en eigen gemeenten te stichten. De bestaande kerken begonnen daar pas een halve eeuw later openheid voor te tonen (na Vaticanum II ook de RKK). VPE De oudste, grootste en meest evenwichti- ge pinksterdenominatie in Nederland is de Verenigde Pinkster- en Evangeliegemeen- ten (VPE). Hun Azusa Theologische Hoge- school is gevestigd aan de VU waar ze ook een hoogleraar hebben. De VPE heeft een werkgroep voor het gesprek met de ker- ken. Via deze werkgroep is de VPE officieel in dialoog met rooms-katholieken. Voor de theologische dialoog - een belang- rijk onderdeel van de oecumene - is het van belang dat de VPE een aantal hoogge- schoolde theologen heeft. Zij kunnen onderscheid maken tussen subjectieve geloofservaringen, de verwoording van die ervaringen en de rationele doordenking van die ervaringen. Appèl Een van hen, dr. Paul van der Laan, hield 23 juni een bevlogen lezing Het appèl van de Pinksterbeweging na 100 jaar. Van katholieke zijde werd hier niet minder bevlogen op geantwoord door dr. Matthieu Wagemaker, lid van de Bisschoppelijke Commissie voor de Oecumene en o.m. waarnemend pastoor in Langedijk. Beide lezingen zijn het bestuderen waard. Ze staan op internet 2 . Mijn conclusie is onder meer dit: (a) we hebben elkaar ontzettend veel te vertellen, (b) we kunnen elkaar geweldig aanvullen en (c) er zijn cruciale aspecten aan deze dialoog die moeten worden opgepakt op een manier die nog niet zo gebruikelijk is in de oecumene. Dat heeft te maken met de eigen aard en functie van de Pinksterbeweging die zich meer op het niveau van het hart afspeelt dan op rationeel niveau. Paul van der Laan: ‘Boerwinkel trachtte destijds het hart van de Pinksterbeweging te ontdekken in haar theologie. Hij vond de kern van het appèl van de Pinksterbewe- ging aan de kerk vervat in de zinsnede: “Laat u vervullen met de heilige Geest”. (…) Mijns inziens moet de wezenlijke bijdrage van de Pinksterbeweging aan de kerk van de 21e eeuw niet in haar theologi- sche bijdrage gezocht worden. Al in 1966 merkte Kilian McDonnell op: “de oorspron- kelijke Pinkstergelovigen hadden een ervaring aan te bieden en geen leerstelling, terwijl zij vandaag de dag geneigd zijn hoe langer hoe meer een leerstelling aan te bieden en geen ervaring”. Daarmee voelde deze Benedictijn onze bijdrage beter aan dan de protestanten in die tijd.’ Zo betoog- de Van der Laan in Den Bosch. De pinkstergemeenten hebben net als de baptisten niet zo'n leerstellig uitgewerkte onderbouwing van hun dooppraktijk. Ga je ze met katholieke oren luisterend op hun woorden vangen, dan kun je niet zelden aantonen dat er iets niet klopt. Maar wat winnen we daar mee? Van belang is dat we eerst met een open hart luisteren naar die ervaring van de pinkstergelovigen, waar pater McDonnell in 1966 al over schreef. Immense betekenis Volgens pastoor Wagemaker kan de dialoog met de Katholieke Kerk voor de ontwikkeling van de pinksterkerken van immense betekenis zijn en is hij dat niet minder voor de katholieke kerk. ‘De spon- tane opwekking van de beweging, haar universaliteit, haar onloochenbare resultaat in de bekering van zeer velen geven mij de persoonlijke overtuiging dat in haar de Geest werkzaam is.’ Die laatste constate- ring van Wagemaker, dat de Geest hier werkzaam is, is ook van immense beteke- nis. Kees Slijkerman 1 J. Gomez, Catholics and Pentecostals, nr. 0156 op website StuCom, te vinden via www.kcv-net.nl/dialoog. 2 Nr 0151 en 0152 op website StuCom. 3 Nr. 0044 op website StuCom Vrijdag 17 februari. Zaterdag 18 februari. Honderd jaar Pinksterbeweging Pinkstergelovigen en Rooms-katholieken Het doopsel moet hoog op de agenda van de dialoog tussen de RKK en de Pinksterbeweging. Dat voorstel werd van katholieke zijde krachtig bepleit tijdens de 12e dialoogbijeenkomst, 23 juni 2006 in het St. Janscentrum te Den Bosch. Het onderwerp van de bijeen- komst was: Het appèl van de Pinksterbeweging na 100 jaar. Kees Slijkerman, één van de initiatiefnemers van deze bijeenkomsten, dr. Paul van der Laan Overeen, nr. 17, oktober 2006

RkJQdWJsaXNoZXIy MzgxMzI=