Jaargang 65 Nummer 2

Pokrof 1 9 “ Veel volledig gezonde nietsnutten verzamelen uit lui- heid aalmoezen en bedelen schaamteloos. Dat gaat in tegen God en is schadelijk voor het gehele vaderland. […] Ze ( de monniken, PB ) zijn aanstichters van het kwaad, worden door oproerkraaiers en verraders overgehaald tot spionage. Ze roddelen over de over- heid en verleiden het eenvoudige volk om de overheid te verachten. Er zijn waarlijk geen mensen die zo god- deloos zijn als zij. ” Daar konden de kloosters het mee doen. In Peters autocratische opvatting van besturen paste naast de staatsmacht geen onafhankelijke kerkelijke macht die oppositie kon organiseren. Hij was door zijn reizen en contacten beïnvloed door de Verlichting, het protestantisme en de wijze waarop het kerkelijk leven geregeld was in de Nederlanden en in sommige Duitse landen. Hij wilde het onderwijs op een hoger niveau brengen en bijgeloof bestrijden. Hij vond won- derdoende iconen onzin en geloofde niet in het bestaan van de duivel. Zijn vertaler, Peter Sjaf- irov, had van de Friese dominee Balthasar Bekker (1634-1698) een geruchtmakend boek vertaald, ‘De betoverde wereld’. Daarin stond dat je in de Bijbel geen grond kon vinden voor het bestaan van duivels, spoken en heksen. Dat sprak hem aan. Maar Peter was geen atheïst. Hij was wel de- gelijk gelovig en geruchten dat hij tot het prote- stantisme wilde overgaan heeft hij altijd met kracht tegengesproken. Symbolischemaatregelen De nieuwe koers van Peter de Grote moest aller- eerst uiterlijk vorm krijgen. Hij verplichtte de mensen westerse kleding te dragen. Baarden werden een hindernis voor een officiële carrière en wie er toch een bleef dragen moest daarvoor een extra belasting betalen. Verder hervormde Peter de kalender. Nieuwjaar viel vanaf 1700 niet meer op 1 september, maar op 1 januari (in de oude, juliaanse kalender!; na de invoering van de nieuwe, gregoriaanse kalender in het burgerlijk leven door Lenin in 1917 heet dit staryj novyj god , “het oude nieuwjaar”). Zo kwam er een verschil tussen het begin van het kerkelijk jaar en het nieuwjaar van de staat. Men kan zeggen dat met Peter de Grote de secularisatie van Rusland be- gint, die tijdens het communisme haar hoogte- punt zal bereiken. Het bezit vande kloosters In de periode voorafgaand aan Peter de Grote had de Orthodoxe Kerk een omvangrijke rijkdom opgebouwd. In 1678 bezat zij ongeveer 20% van de landerijen. In 1701 voerde Peter een soort kloosterbestuur in, dat deze bezittingen ging be- heren. Het bezit van kloosterlingen werd aan strenge regels gebonden. Hij verantwoordde dat vanuit de traditie, die van kloosters armoede ver- langde, maar financierde in feite met deze nieu- we en grote bron van inkomsten zijn oorlog tegen Zweden. Het aantal kloosterlingen werd be- perkt. Mannen moesten ouder dan 30 zijn om in temogen treden, vrouwen ouder dan 50. In de ar- chieven van het gouvernement van Pskov heb ik de gevolgen hiervan waargenomen. Het aantal kloosterlingen halveerde tussen 1724 en 1764. Kloosters gingen dicht of werden teruggebracht tot parochies. De vergrijzing nam toe. Later on- der Catharina de Grote werd het kerkelijk bezit verder ingeperkt en tenslotte geheel geconfis- queerd. De communisten deden dus na 1917 ei- genlijk niets nieuws, maar zetten de bestaande situatie voort waarin alle Orthodoxe kerkelijke goederen al staatsbezit waren. Na de perestrojka bleven alle kerkgebouwen van vóór 1800 staats- bezit. De kerk kreeg formeel alleen gratis het ge- bruiksrecht daarvan. Nieuwere gebouwen wer- den wel kerkelijk eigendom. Je kunt je afvragen of het in het huidige Rusland een sterk juridisch fundament heeft, maar moreel en historisch ge- zien heeft de Orthodoxe Kerk natuurlijk recht op haar gebouwen. GeestelijkCollege enReglement In 1700 stierf patriarchAdriaan. Peter benoemde geen nieuwe patriarch, maar slechts een plaats- vervanger, de geleerde Oekraïense monnik Ste- fan Javorskij (1658-1722). Deze was niet zo inge- nomen met Peters politiek, maar kon er ook weinig tegen uitrichten. Peter benoemde de ge- leerde Feofan Prokopovitsj (1681-1736) tot bis- schop van Pskov en gaf hem de opdracht een Geestelijk Reglement te schrijven, dat verwant was aan de kerkorde zoals die in enkele protes- tantse landen al bestond. Het ontwerp werd in 1720 door de senaat gejaagd. Daarna voelden alle 87 bisschoppen van Rusland zich gedwongen het te ondertekenen. In feite was niet iedereen zo ge- lukkig met de nieuwe bestuursvorm, die ook nooit als canoniek is erkend. Deze bestuursvorm bleef toch bijna 200 jaar bestaan tot 1918. Het patriarchaat werd nu voor Rusland helemaal afgeschaft en de leiding van de Orthodoxe Kerk kwambij een ‘geestelijk college’ van bisschoppen te liggen met een leek aan het hoofd. Die heette met een heel Russisch woord ‘oberprokurator’. Hij werd in feite een soort minister van gods- dienstzaken. De Orthodoxe Kerk werd een staatsorgaan. Peter wilde op deze manier de Or-

RkJQdWJsaXNoZXIy MzgxMzI=