Jaargang 61 Nummer 5

Bij de opening van Julia Stankova’s ten- toontelling in april jl. te Egmond was ook redactielid Geert van Dartel aan- wezig. Hij raakte fascineerd door haar werk en ontmoette de kunstenares zelf. Tijd ontbrak toen om ter plekke een interview met Julia Stankova voor Pokrof af te nemen. Dat vond later in digitale vorm plaats. Z ou u zichzelf willen voorstellen aan onze le- zers en ons willen vertellen wat u zo aanspreekt in het schilderen van Bijbelverhalen? U studeerde mijnbouwtechniek en theologie, maar waar hebt u geleerd zo prachtig te schilderen? “ Ik heb altijd geweten dat ik kunstenaar wilde worden, maar het liep zo in het leven dat ik twaalf jaar als mijnbouwingenieur heb gewerkt. Ik ontwierp steenkoolfabrieken, werkend in een grote ontwerpstudio in Sofia. De democratische veranderingen in Bulgarije (1989) werden gevolgd door een ontslaggolf. Ik wachtte niet passief op mijn beurt, maar nam zelf ontslag, vastbesloten dat ik de rest van mijn leven aan de kunst zouwijden. Wat ik destijds tot mijn beschikking had was de academische kennis van schilderen die ik had op- gedaan gedurende zeven jaar privéles tijdens mijn jeugd, en mijn sterke drang om mijn talent te ontwikkelen. Ik was ondertussen al aan de slag gegaan bij vrienden, die een restauratie-atelier runden. Daar kon ik nauwkeurig Bulgaarse ico- nen uit de achttiende/negentiende eeuwbestude- ren, geschilderd door anonieme iconografen, ge- schilderd met bescheidenheid en overtuiging. Ik werd enorm getroffen door de puurheid van ico- nen, ik kon als het ware de religieuze uitstraling voelen. Het inspireerde me om Bijbelteksten te bestuderen en de filosofische principes van de Byzantijnse schilderkunst. Mijn interesse in die materie bracht me ertoe theologie te studeren. Drie jaar later verliet ik het restauratie-atelier; ik had toen de techniek om iconen op hout te schilderen onder de knie en werd me bewust van mijn eigen artistieke weg. Het was me duidelijk dat ik op het punt stond symbolische kunst te ontwikkelen, die voornamelijk gebaseerd was op de Byzantijnse schilderkunst. En zo begon ik mijnwerk als zelfstandig kunstenaar. Tegelijkertijd met mijn artistieke onderzoek werkte ik ook aan mijn schildertechniek. Ik ont- dekte hoe je verschillende verflagen aan kunt brengen, van elkaar gescheiden door lagen ver- nis, om zo de diepgang van de icoon en de rijk- dom van de kleuren beter tot hun recht te laten komen.” Een belangrijke plek in de tentoonstelling in Eg- mond was er voor de prachtige collectie ‘Mortal An- gels’ (‘Sterfelijke engelen’). Die titel is evenwel in te- genstelling tot het traditionele geloof. Engelen zijn immers onsterfelijk! Kunt u de benadering en filoso- fie achter die voorstellingen uitleggen? Zijn het primair uitingen van uw gedachten of zijn ze bedoeld als objecten voor reflectie en/of medita- tie? “Het is waar dat we engelen doorgaans associë- Pokrof 6 Julia Stankova over haar leven enwerk Guilt (Schuld, 2013), uit de serie ‘Mortal Angels’.

RkJQdWJsaXNoZXIy MzgxMzI=