Jaargang 61 Nummer 5

Pokrof 1 9 staan in deze tijd van grote verwachting. Het verhaal van hun ontmoeting is een van de mooiste passages van de hele Bijbel. Er is een ‘schoot-tot-schoot-communicatie’ tussen de twee vrouwen en, zoals geschreven staat, be- gint het ongeboren kind vreugdevol te dansen als de sjaloom -groet (Luk 1:40-41) wordt uit- gewisseld tussen de twee nogal ongewone toe- komstige moeders: een jonge maagd en een oudere vrouw. Het Woord van God doet een belofte, en de nieuwe schepping breekt dan- send en vol vreugde uit het oude bestel. Dit is het hart van het Evangelie: ‘Het Woord is vlees geworden en heeft onder ons gewoond.’(Joh. 1:14). Gods Woord is belofte en vervulling. Het Woord zelf is zwanger en alleen het zwangere Woord kan iets beloven en het tot vervulling brengen. Woord inoudere culturen… In alle oudere culturen was een gegeven woord genoeg om een verdrag te sluiten en een stevige garantie voor elke transactie tussenmensen. Een ‘gentleman’s word’, het woord van een heer (en ook dat van een dame), is nog steeds in onze talen een vaststaande uitdrukking, hoewel het in de praktijk van vandaag zijn betekenis heeft verloren. Zijn woord breken was het meest eerloze wat een respectabel iemand kon doen. …en inonzewereld Als we nadenken over de analogie van het zwanger zijn van het Woord, valt ons de leegte op van het woord in onze wereld die toch een cultuur heeft van veel woorden. De woorden lijken hun betekenis te verliezen, hoewel de virtuele wereld een duizelingwekkende hoe- veelheid woorden voor ons heeft geprodu- ceerd. We worden er op elk moment door ge- bombardeerd: in politiek, zaken, cultuur en communicatie, in druk en audiovisueel, via e- mail en socialemedia, sms, twitters en blogs. De oneindige hoeveelheid ramen in de kennis- maatschappij die voor ons openstaan, zijn geestverwarrend en pompen het menselijke brein letterlijk vol. Ons probleem is dat er te veel informatie is en dat we niet de wijsheid hebben om uit te zoeken wat wat is en wat we nodig hebben. De Logos ende logos De geschiedenis van de theologie vertoont grote inspanningen om het menselijke woord tot aanzien en inhoud te brengen door het te koppelen aan het Woord van God. Het Woord van God is Gods scheppende daad, de daad die de bron is van alles wat bestaat. In het Grieks is de Logos : het woord, de geest, de rede, de wil, het zijn zelf en het plan van God. De menselijke logos is het woord, het vermogen om te spre- ken, en de creativiteit – het unieke kenmerk van de menselijke biologische soort dat hem van alle andere biologische soorten onderscheidt. De menselijke logos , ofwel woord , heeft geen andere basis dan alleen het Woord van God, de goddelijke Logos. Alles wat aan cultuur en technologie uit de menselijke rede voortkomt, heeft geldigheid door zijn banden met de goddelijke rede. De seculiere beschaving heeft dit vitale verband ontkend of eraan voorbij- gezien. Al in de vierde eeuw zei de voor- treffelijke theoloog, schrijver en redenaar Gre- gorius van Nazianze dat het zijn roeping als theoloog was, om de “bastaard-letteren”, het geheel van de Griekse cultuur, weer te ver- bindenmet de Logos die waarachtig is. Dit geldt waarschijnlijk ook voor onze seculiere achter- grond. Ons seculier spreken ( logos ) op het ge- bied van wetenschap en technologie, politiek en economie, kunst en literatuur, heeft geen basis en kent geen drijfkracht dan alleen in het menselijke streven naar macht, in hebzucht, het uitbuiten van de zwakkeren, en toegeef- lijkheid op het gebied van seks en geweld. Fr. George (Foto: H. Vogelaar).

RkJQdWJsaXNoZXIy MzgxMzI=