Jaargang 61 Nummer 4

1 7 Pokrof nieuwing zijn, o.a. door de introductie van de pers, modernisering van het Arabisch en het ontwikkelen vanArabisch nationalisme. EersteWereldoorlog en erna WO I betekende een totale ommekeer in de si- tuatie van de christenen in het Midden-Oosten. In 1915 werden vele christenen vermoord in Oost-Turkije en diegenen die ontkwamen, ves- tigden zich in de nieuwe Arabische staten Li- banon, Syrië en Irak. Hun integratie verliep vrij succesvol: zij participeren in bepaalde politieke partijen en bepalen mede het politieke land- schap. Men hoopte dat een nationaal burger- schap een einde zou maken aan de traditie dat godsdienst bepaalde welke plaats je had in de maatschappij. Anders-zijn en inculturatie Teule beschrijft de rode draad van zijn histori- sche verhaal als de spanning tussen alteriteit (anders-zijn) en inculturatie. Door hun alteri- teit konden christenen in het Midden-Oosten bemiddelaars zijn van andere culturen en moto- ren van vernieuwing. Door hun inculturatie konden zij anderzijds een Arabisch-christelijke theologie ontwikkelen en recipieerden ze isla- mitische wetenschap en cultuur. Deze spanning speelt ook vandaag door. De positie van christe- nen is er niet een aan de zijlijn, maar is een rele- vante positie, die ook nieuwe ontwikkelingen laat zien. Dit is onder andere (maar niet alleen) een strategie om de eigen innerlijke verdeeld- heid te overwinnen, met name door het ontwik- kelen van een eigen christelijke etnische identi- teit. Verschillende christelijke politici probe- ren als etnische minderheid rechten af te dwin- gen op cultureel, religieus en ook politiek ge- bied. Volgens de Chaldeeuwse patriarch Louis Sako loopt men het gevaar zich door een eigen et- nisch profiel af te keren van de regionale werke- lijkheid die Arabisch is: alleen de acceptatie van de Arabische werkelijkheid van de regio geeft volgens hem de mogelijkheid om als chris- telijke gemeenschap een relevante plaats in te kunnen nemen. Hierbij hoort volgens Teule ook het gesprek met de islam. En dit betekent niet alleen een goed nabuurschap, de ontmoeting van iedere dag op de markt of de werkvloer, een levenswijze waar de vermoorde priester Frans van der Lugt voor stond, maar ook de ontwik- keling van een christelijke theologie die is aan- gepast aan de culturele, politieke en godsdien- stige werkelijkheid van de regio. Het gaat hier- bij om het erkennen van de gescheiden domei- nen van godsdienst en maatschappelijke we- reld. Het ontwikkelen van een eigen etnische identiteit als christen is wellicht een eerste stap op die weg. Niet alleenneergang De geschiedenis laat niet louter neergang zien, maar is een geschiedenis van vallen en opstaan, en een hertekening van het christelijke land- schap in het Midden-Oosten. Het is onmogelijk de huidige complexe werkelijkheid van de Ara- bische islamitische wereld te verstaan zonder de rol van de christenen daarin mee te nemen. Het verdwijnen van het christendom in het Midden-Oosten zou een ontkenning van de ge- schiedenis zijn en elk religieus pluralisme laten verdwijnen, met als gevolg een regio die gere- duceerd wordt tot een bepaalde vorm van is- lam. Teule waarschuwt er aan het einde van zijn rede voor, dat de overtuiging dat christe- nen en moslims niet samen kunnen leven, de weg opent voor de gevaarlijke gedachte dat er in de christelijke wereld geen plaats is voor mos- lims, en dat het islamitische Turkije niet thuis- hoort in een verenigd Europa. Josephien van Kessel Josephien van Kessel is redacteur van Pokrof en staf- medewerker van het Instituut voor Oosters Christen- dom. Syrisch-orthodox aartsbisschop Mor Polycarpus, leider van de grootste van oorsprong midden-oosterse kerk in Nederland, spreekt tijdens de afscheidsplechtigheid Herman Teule toe (Foto: L. van Leijsen).

RkJQdWJsaXNoZXIy MzgxMzI=