Jaargang 61 Nummer 2

Pokrof 8 een laagte te midden van flinke heuvels. Het klimaat in dat centrum is in de winter gemid- deld min 11° C door de invloed van de warme golfstroom en in de zomer plus 11°C. Het is de enige noordelijk gelegen haven die in de winter open blijft. Buiten het laaggelegen centrum is het ’s winters veel kouder. In de zomer is er een koude wind, het is er heel fris, en op de heuvels is het er heel stil. De zon gaat dan niet onder, het zonlicht is er erg scherp. De stad geeft je het gevoel dat ze daar niet moet liggen. Uitvalswegen zijn er zeer beperkt. Sint-Peters- burg is 1400 km weg. In de trein erheen zie je steeds minder begroeiing, steeds minder dor- pen, er groeien steeds kleinere boompjes. Ik had wel het geluk dat het steeds mooi weer was en nauwelijks regen. In Moermansk kom je allerlei kerken en religies tegen. Er is een rooms-katholieke kerk, met de viering in het Russisch, een baptistenkerk, een mormoonse kerk en een moskee in aanbouw. Als zeehaven heeft de stad mensen van overal aangetrokken. Economisch gezien hebben de inwoners het niet gemakkelijk. Ik werd voor een krant geïn- terviewd door iemand die om aan de kost te komen interviewer was, politieagent, trolley- buschauffeur, basgitarist en een agentschap voor Heineken vervulde. Allemaal deeltijd- baantjes. De imam is tevens trolleybuschauf- feur. Hoe is het klooster inge- richt? “Het hele kloostercom- plex is van hout. Het klooster is toegewijd aan de heilige Trifoon, de Apostel van de Lappen, gestorven in 1583. Het is een idiorit- misch klooster, dat betekent dat iedere monnik op zichzelf leeft, alleen in de kerk komt men samen, door de week eet ieder voor zich. Dit in tegenstel- ling tot een coenobi- tisch klooster waar veel meer gemeenschappe- lijk geleefd wordt. De drie priestermonniken wonen in hetzelfde ge- bouw waar de refter en de keuken zich bevinden. Een van hen is de hegoemen, de abt. Daarnaast zijn er vier niet-priestermonniken, waarvan twee het zangkoor vormen. Het hoofdwerk van de monniken is het officie en de Liturgie. Kerkdiensten zijn er ’s ochtends om 7 uur: metten, dankdienst, uren en Liturgie, wel vijf uur lang, tot aan het middaguur, en ’s avonds om 17 uur: negende uur, vespers, met- ten, eerste uur en litia voor de overledenen. Ook dat kan 4 tot 5 uur uren duren. Men zingt er de znamennyj raspjev , de aloude zangwijze, genoteerd met speciale tekens – ‘znamia’ is het woord voor teken. Er zijn overeenkomsten met het oudste gregoriaans en het is helemaal niet de romantische muziek die wij als ‘Byzantijnse’ kerkmuziek kennen. Het duurt uren lang en je kan er zo van in slaap vallen. Soms zijn er begrafenissen voor mensen voor wie niemand anders kan zorgen. Er zijn op het terrein van het klooster drie huizen waar per- soneel maar ook daklozen en dronkaards wonen. Het klooster probeert die laatsten weer op het rechte pad te krijgen; men werkt in een wasstraat voor auto’s, in een garage, een sor- teerderij voor oude kleding en in een koffie- huis. De abt houdt daar toezicht op. Omdat het klooster relieken bezit van de heilige Matrona uit Moskou is het ook een bedevaartplaats waar veel mensen op afkomen. Er worden veel religiosa verkocht. De organisatie van het geheel is voor mij al die tijd wel ondoorzichtig Refter van het klooster (Foto: H. Sterenberg).

RkJQdWJsaXNoZXIy MzgxMzI=