Jaargang 57 Nummer 5

1 7 Pokrof Missie als uitdaging voor eenheid De viering van Edinburgh 1910 gaf een impuls aan de oecumenische uitwisseling en reflectie op de missionaire opdracht in onze tijd. Begin juni 2010 vond in Edinburgh een inspirerende ontmoeting plaats waaraan zo’n driehonderd vertegenwoordigers uit zestig landen deelnam. Behalve de grote kerkelijke traditie, orthodox, katholiek, anglicaans, protestant, waren ook de charismatische en pentecostale christenen sterk vertegenwoordigd. De bijeenkomst werd afgesloten met een gezamenlijke oproep 2 om in een geest van verbondenheid en met hernieuw- de kracht getuigenis te geven van Gods missie van liefde in onze wereld. In deze oproep zijn het geloof in de Drie-ene God en het doopsel de banden van eenheid in de veelkleurigheid en verscheidenheid van christelijke kerken en gemeenschappen. Op de consultatie van de Societas Oecumenica in Belgrado reflecteerden theologen uit verschil- lende kerkelijke tradities op de relatie tussen missie en eenheid. Er zijn grote verschillen in opvatting. Een nieuwe missionaire beweging leidt niet vanzelf tot een grotere eenheid van christenen of van de kerken. Na de totstandko- ming van de Charta Oecumenica in 2001 die ker- ken oproept om ten minste de plannen voor evangelisatie met het elkaar te bespreken en waar mogelijk samen te werken, ontbreekt het nog steeds aan een oecumenisch verstaan van missie en evangelisatie. De methodistische eme- ritus-bisschop Wolfgang Kleber ging in zijn voordracht in op het belang van een gezamenlijk getuigenis van kerken in een post-christelijke samenleving. Tegen de achtergrond van de ver- schillende modellen van missie in het Nieuwe Testament verwoordde hij het doel van missie in een postchristelijke samenleving als volgt: “Waar mensen in relatie tot zichzelf, tot ande- ren en tot de schepping mislukken, omdat ze God als grond en doel van hun leven niet ken- nen, Hem ontkennen of niet werkelijk ernstig nemen, is het onze opdracht om hen Gods heil- zame aanwezigheid in Jezus Christus naderbij te brengen door de verkondiging van het Evangelie, door het goede te doen en in het leven als een gemeenschap. We doen dat in het besef dat we zelf ook steeds weer tekortschie- ten en leven vanuit de hulp en de steun van Gods genade.” De orthodoxe bijdragen kwamen van vader dr. Vladimir Feodorov, directeur van het Instituut voor Missiologie en Oecumenica in St. Petersburg en vader dr. Ivan Sauca, directeur van het Oecumenisch Instituut in Bossey. Feodorov onderstreepte in zijn inleiding het belang van de oecumenische samenwerking op het gebied van missie. Sauca ontvouwde vanuit de orthodoxe theologische traditie een op de liturgie geënt missionair model. Servische gastvrijheid De organisatie van de hele bijeenkomst in Belgrado was perfect. De Servische gastheren hadden kosten noch moeite gespaard om de deelnemers aan de consultatie van de Societas Oecumenica een goed verblijf te geven in hun land. Naast de studiebijeenkomsten vonden er verschillende excursies plaats. Op zondag werd een reis gemaakt naar het prachtig gerenoveer- de Novi Sad waar ook ontmoetingen plaatsvon- den met vertegenwoordigers van de verschil- lende kerken in Vojvodina (Noord-Servië). Ook waren er recepties bij zowel de orthodoxe bis- schop Irinej van Novi Sad als bij de katholieke aartsbisschop Stanislav Hocevar van Belgrado. Daarmee werd onderstreept hoe belangrijk de kerken in Servië de hernieuwing van de oecu- menische contacten vinden. Geert van Dartel Geert van Dartel studeerde oecumenische theologie van 1978-1982 aan de Katholieke Theologische Faculteit in Zagreb. De Faculteit van Orthodoxe Faculteit te Belgrado, plaats van de conferentie. 2 Tekst van deze oproep: http://www.edinburgh2010.org/en/home.html.

RkJQdWJsaXNoZXIy MzgxMzI=