Jaargang 57 Nummer 2

Pokrof 1 4 Het menselijke bewustzijn wil zich niet verzoenen met dood en vernietiging. Het kan niet begrijpen wat het betekent ‘er niet te zijn’. Met heel zijn wezen protesteert de mens tegen de dood en het niet-zijn. Daarom neemt Christus’ verrijzenis onder alle christelijke feesten een zo buitengewo- ne plaats in. Daarin ligt het fundament voor onze dorst naar onsterfelijkheid en naar het eeuwige leven. Maar voor een mens is dat verlangen niet genoeg. De verrijzenis zal onze lichamelijke toe- stand veranderen. Maar wat heeft dat voor zin, als onze ziel niet verandert? Het aardse leven is aan de mens gegeven met de volgende bedoeling: de tijd en het geweten zijn ons gegeven voor de strijd tegen de angsten en de driftigheid. En wij zijn bedroefd, wanneer wij toch een onwaardig leven leiden. Het geeft innerlijke pijn dat de verrij- zenis tot eeuwig leven bestaat. Er brandt iets in ons. Want we worden ons ervan bewust dat het leven dat door de verrijzenis is omgevormd en onze gevallen geest nog niet overeenstemmen. Als wij een onwaardig leven leiden, wat voor nut heeft de onsterfelijkheid dan wanneer ik vastge- ketend ben, als met kettingen, door doelloosheid, driftigheid, gierigheid, jaloezie, dronkenschap, geniepigheid, kwaadheid, wreedheid en wraak- zucht? Als ik dat soort dingen mij zo heb eigen gemaakt dat het mijn tweede natuur is gewor- den? Als ik mijzelf niet kan losmaken van mijn angsten? Als mijn geest zo volledig in beslag is genomen door angsten dat van mijzelf niets anders overblijft dan driftigheid? Hoe kan ik mij- zelf verheugen over de verrijzenis, wanneer in mij- zelf niets is verrezen, wanneer alleen alle angsten verrijzen, waardoor ik nu word gekweld? Als alles wat mij lief en dierbaar is, niet geschikt is voor het eeuwige leven, dan wordt de verrijzenis in mijn leven een eeuwige kwelling. In het aardse leven is de dood een begrenzing van het kwaad. In het eeuwige leven is geen begrenzing: de eeu- wige vreugde van de nabijheid met God. Het ver- driet van de zondaars is ook eeuwig. Bij hen zul- len hun angsten verrijzen en in hen zal opnieuw een onblusbaar vuur ontbranden. Verheugt u in de verrijzenis van Christus. Verheugt u in uw eigen verrijzenis in Christus, maar ont- houdt: de tijd van het aardse leven moet je gebruiken voor de reiniging van het geweten, voor de omvorming van de geest. “O mens, sla je vleugels uit, Christus is verrezen en wacht op jou. Amen” Vader Pavel Adelheim

RkJQdWJsaXNoZXIy MzgxMzI=