Jaargang 55 Nummer 1

Pokrof 2 0 Orginaliteit Niet alles van Skovoroda’s conclusies was in overeenstemming met de Orthodoxe leer. Altijd vroeg hij naar het innerlijk van de individuele mens. “Wanneer iemand naar de planeten reist of zijn tijd met verhalen doorbrengt, hoe kan zo iemand weten wat er in het hart gebeurt?”, vroeg hij zich af. Deze benadering was verbon- den met het motto “Ken uzelf” ( gnothi seauton ) van het Griekse orakel van Delphi, een motto dat van centrale betekenis was voor de Griekse filosofie. Dergelijke zelfkennis was echter voor Skovoroda als Orthodox christen, wat hij heel zijn leven nadrukkelijk heeft willen zijn, alleen maar mogelijk met het oog op zijn oorsprong, de Schepper. Iedere mens heeft de goddelijke waarheid in zichzelf. “Uw waarheid ligt op de aardbol, maar de waarheid van de apostelen is in ons, zoals geschreven staat: ‘Het Rijk Gods is in jullie’ (Lk 17, 21)”. Zelfkennis is daarom al- tijd ook kennis van God. Deze twee vormen van kennis zijn noodzakelijkmet elkaar verbonden, omdat iedere individuele mens deel heeft aan Gods eeuwigheid. Skovoroda legde verder op een bijzondere ma- nier de verhouding tussen micro- en macrokos- mos uit: de mens, d.w.z. iedere individuele per- soon, bevindt zich in het centrum. Als zodanig maakt deze mens tevens deel uit van een alom- vattende geschiedenis van de aarde, van de oe- cumene in de Orthodoxe betekenis, zowel het ondermaanse als het hiernamaals in zich in- sluitend. Alleen met Gods hulp is de mens in staat zijn specifieke plaats in het universum te begrijpen. De Bijbel wordt daarbij voor Skovo- roda een bemiddelende instantie tussen de mi- cro- en de macrokosmos. Schrift en meditatie leiden ons op de weg naar de kennis van God - hierin heeft Skovoroda gedeeltelijk ook de spi- rituele methodes van het oosterse hesychasme verwerkt. Skovoroda was zijn hele leven op zoek naar adequate termen voor de goddelijke werkelijkheid, die aan de mens op zijn weg geo- penbaard kan worden. Daartoe riep hij ook de hulp in van de geschriften van met name Niko- laus van Cues (Cusanus), maar ook van het Duitse piëtisme (bv. Jakob Böhme). Consequenties Voor Skovoroda is het wezenlijk dat de kennis van het eeuwige ethische consequenties heeft. Wie weet wie hij is, of minstens: wie hij niet is, zal zonder meer bereid zijn tot een leven “vol- gens de natuur”, in overeenstemming met God en zichzelf. Alleen op die manier is een gelukkig leven mogelijk. Streven naar geluk is niet alleen legitiem, maar zelfs geboden. Groot ongeluk ontstaat voor de individuele mens vanuit wat in een totaal andere traditie, namelijk de marxisti- sche en haar verschillende opvolgers, ‘ver- vreemd leven’ wordt genoemd. “De schildpad merkte de fout, toen zij begon te vliegen… ”, hoort men hem zeggen, en ook: “De beste ziel leeft des te onrustiger en ongelukkiger naarmate zij een zwaardere plicht draagt waarvoor ze niet geschapen is.” Skovoroda hield het rationalisme van de Verlichting voor, dat de wetenschappen gemeten moeten worden aan de mate van hun bijdrage aan individueel geluk. Dit maakt Skovo- roda actueel voor de hedendaagse psychologie en pedagogiek. Hij kan tevens een bruggenbou- wer tussen oosters enwesters christendomzijn. Alfons Brüning Dr. Alfons Brüning is wetenschappelijk medewerker van het Instituut voor Oosters Christendom te Nij- megen . Het motto van het orakel van Delphi, ‘Ken uzelf’, was voor Skovoroda alleen maar mogelijk met het oog op zijn oorsprong, God de Schepper.

RkJQdWJsaXNoZXIy MzgxMzI=