Jaargang 54 Nummer 1

POKROF 3 zoekende naar wat islam en christendom bindt. Voor zover bekend is de Regensburger rede van september 2006 niet expli- ciet onderwerp van gesprek geweest. Deze rede, door vele moslims (en niet-moslims) op- gevat als een uitspraak van de paus over de relatie tussen ge- weld en islam, leek even nog aanleiding te worden om het bezoek geen doorgang te laten vinden, maar uiteindelijk lijken de vele reacties op zijn woorden in september de paus extra alert te hebben gemaakt op de gevoe- ligheden in de verhouding islam- christendom. In dit licht moet misschien ook de opmerking gezien worden die premier Erdogan bij de ont- vangst op het vliegveld met dankbaarheid accepteerde: de paus zou de beoogde Turkse toe- treding tot de Europese Unie on- dersteunen. Gezien eerdere uit- spraken van een Vaticaanse woordvoerder is het niet waar- schijnlijk dat de paus expliciet politieke steun heeft aangeboden en waarschijnlijk heeft hij in het gesprek met Erdogan ook wel de gebruikelijke eisen op gebied van mensenrechten en godsdienst- vrijheid gememoreerd. Niette- min was de uitspraak voldoende positief van toon om ook op dat punt de indruk te corrigeren die was ontstaan door eerdere uit- spraken (als kardinaal had Rat- zinger in 2004 de toetreding minder wenselijk genoemd). Christenen in Turkije Naast de twee belangrijkste aspecten van dit bezoek: het ver- stevigen van de band met de oecumenisch patriarch en de aandacht voor de relatie met de islam in de politieke context van Turkije, bleef ook de lokale Turkse christelijke gemeenschap niet buiten beeld, ook al kwam die ontmoeting wat in de scha- duw te staan van de andere onderwerpen. Turkijes bevolking bestaat voor de overgrote meerderheid uit moslims, behorend tot een grote variëteit aan groepen, van radi- caal islamistisch via mystieke soefi-ordes tot praktisch secu- lier. De zeer kleine minderheid van christenen, minder dan één procent van de bevolking, be- staat ook uit vele verschillende groepen, waarvan de grootste de Armeense Apostolische Kerk is. Naast de Syrisch-orthodoxe Kerk en de Griek-orthodoxe Kerk zijn er katholieken van zowel ver- schillende oosterse riten als de Latijnse ritus. Ook zijn er protes- tanten in allerlei soorten. Het zijn vooral de katholieken van de Latijnse ritus en de evangelische kerken (beide vooral met Turks- talige diensten) die op het mo- ment een lichte groei doorma- ken; de overige kerken verliezen eerder leden, vooral door migra- tie naar Europa en Amerika. Dat Benedictus tijdens privé- gesprekken aandacht heeft ge- vraagd voor de positie van de christenen in Turkije, is zeer waarschijnlijk, maar publiekelijk bleek zijn betrokkenheid vooral door nadrukkelijk in contact te treden met de verschillende christelijke gemeenschappen van het land. Naast gesprekken met de Armeense Apostolische pa- triarch van Istanbul, Mesrob II, en de Syrisch-orthodoxe metro- poliet van Istanbul, Filüksinos Yusuf Çetin, was de paus aanwe- zig bij verschillende diensten en leidde hij twee vieringen waarin naast Latijns-katholieke en geü- nieerde christenen (vooral Ar- meens-katholieken en Chaldee- ërs), ook Syrisch-orthodoxen, Armeens-apostolische christe- nen en protestanten aanwezig waren. De eerste daarvan was in Efes, het oude Ephese, waar de paus een openluchtmis opdroeg bij het huis van Maria; de tweede in Istanbul, in de kathedraal van de Heilige Geest. In beide dien- sten sprak hij waardering uit voor de manier waarop christe- nen in Turkije hun geloof vorm geven in soms moeilijke omstan- digheden, daarbij ook de moord op de Italiaanse priester Andrea Santoro in Trabzon eerder dat jaar (5 februari 2006), in herin- nering roepend. Wil van den Bercken Heleen Murre-van den Berg Straat met rechts de ingang van ‘het Fanar’, de residentie van de oecumenisch patriarch in de Istanbulse wijk Fener aan de Gouden Hoorn. (Foto: foto-archief Murre/van den Berg) ( (

RkJQdWJsaXNoZXIy MzgxMzI=