Perspectief 2021-50

58 Drs. Leo van Leijsen Perspectief dan bij inschiet. Te weinig kennis bij de auteurs, of een gekleurd dan wel een eenzijdig beeld. Daarnaast waait uit beider tradities heel veel gespreksstof mee. Het wordt als kaf en koren bevonden. Er moet van alles gezegd worden, waarvan de lezer soms niet begrijpt – zo blijkt bij de bespreking in de leesgroep – waarom en waartoe? Theologen en publicaties, kerkelijke ontwikkelingen en historische perspectieven. Arbitrair, zoveel is duidelijk voor een van de begeleiders. 2. Wat er gemist werd Wat deze begeleider ook mist is de context van de wereld van de Septuagint, de Griekse vertaling van het OT van enkele eeuwen voor de jaartelling. In die vertaling worden vele wissels omgezet, die later op het Concilie van Nicea van nut blijken te zijn. Voor zichzelf vond hij bij Karen Armstrong (Een geschiedenis van God) die hij naast Wij geloven las, in een paar grove schetsen duidelijkheid over de Griekse achtergronden van de geloofsze- kerheden. Verder kwam de vraag op hoe het zit met het theologisch/filosofisch gedachtegoed van het koppel Philo/Paulus, zoals de Groningse theoloog G. H. van Kooten heeft geduid. Je kunt niet, zo werd tijdens de bespreking van Wij geloven gezegd, met droge ogen de brieven van Paulus lezen, zonder aan Philo te moeten denken. Bij de lezing is duidelijk dat sommige zaken in het boek onbesproken blijven, terwijl je juist had gedacht: die komen langs, bijvoorbeeld de wereld van de allegorese tegen de achter- grond van de midrasjim, en vice versa. Kunst en poëzie, liturgie en muziek kwamen verder mondjesmaat aan de orde. 3. De geloofsbelijdenis als gemeenschapstekst Bij hoofdstuk 1 kwamen de achtergronden van de Geloofsbelijdenis ter sprake, alsmede het thema van de eenheid: de eenheid van God, de drie-eenheid, en de eenheid van de Schrift: OT en NT. Ter sprake is geweest waarom in het Westen de geloofsbelijdenis in de

RkJQdWJsaXNoZXIy MzgxMzI=