Perspectief 2019-43

2019-43 Thema – Herstel van Kerkgemeenschap Prof. dr. Wolfgang Thönissen 23 interne-protestantse inspanningen om te komen tot kansel- en Avondmaalsgemeenschap tegen de achtergrond van de laatste 400 jaar duidelijke taal: ook de uit de Reformatie voortgekomen kerken wensen vormen van gemeenschap, kerkengemeenschap ge- naamd. 32 Is een fundamentele eenwording onder de nog gescheiden kerken via de weg van de vol- ledige kerkengemeenschap mogelijk? De oecumenische dialoog heeft in hoge mate geleid tot overeenstemming over moeilijke theologische vragen. In de rechtvaardigingsleer, de belangrijkste vraag van de Reformatie, kon een fundamentele overeenstemming bereikt worden. De evangelische en katholieke Kerk konden overeenstemming bereiken over vra- gen rond sacramenten. Over de ambtsvraag zijn er toenaderingen. Inzake de paus zijn er geen wederzijdse veroordelingen meer. Is dat voldoende om samen Eucharistie te vieren? Ook als deze vraag vandaag nog niet met een duidelijk ja beantwoord worden kan, zijn christenen vandaag al in gemeenschap verbonden. Er bestaan al vormen van groeiende gemeenschap: het gezamenlijk lezen van de Heilige Schrift, de wederzijdse erkenning van het Doopsel, de gezamenlijke geloofsbelijdenis, het gemeenschappelijk gebed en de ge- zamenlijke viering van het Woord van God, het gezamenlijke getuigenis van christenen in de wereld, zoals in het vluchtelingenvraagstuk, bij de inzet voor mensenrechten en voor godsdienstvrijheid. Christenen zijn op weg naar volledige gemeenschap met elkaar. Kun- nen christenen deze gemeenschap vandaag al op juiste wijze leven? Veel christenen drijft het verlangen naar een hechtere gemeenschap, ook in de viering van de Eucharistie. Christenen die in confessie-verbindende huwelijken en gezinnen leven, ver- langen naar zo’n teken. Ook als de volledige gemeenschap aan het altaar nog belemmerd wordt door hindernissen, kan toch niet genegeerd worden, en deze overtuiging heeft het Tweede Vaticaans Concilie in het Decreet over Oecumene tot uitdrukking gebracht, dat de Eucharistie nooit alleen een teken en symbool van eenheid is, maar ook een middel en instrument waardoor de gemeenschap gesticht wordt (nr. 8). Niemand die het geloof aan het sacrament van de eenheid deelt, is van deze gemeenschap principieel uitgesloten; het gaat er om tekenen en middelen van de gemeenschap en de eenheid gezamenlijk werke- lijkheid te laten worden. De Kerk is juist voor deze mensen de zorg gegeven en ermee bekend. Wat zou hier in de nabije toekomst kunnen gebeuren?

RkJQdWJsaXNoZXIy MzgxMzI=