Perspectief 2018-39

2018-39 Symposium: Het uitgestelde dispuut. Luthers stellingen herlezen + J. van den Hende 38 Reag eer in zijn eerste encycliek Lumen Fidei (2013). Paus Franciscus schrijft dat armen en kleinen middelaars zijn van het licht (cf art. 57), d.w.z. zij richten onze aandacht op wat het evan- gelie van ons vraagt. De nadruk ligt daarbij niet zozeer op de degenen die werken van barmhartigheid doen (in voornoemde encycliek: moeder Teresa en pater Damiaan) maar op de mensen die door hun nood en lijden anderen herinneren aan hun evangelische opdracht tot naastenliefde, in gehoorzaamheid aan Christus op grond van het evangelie. De schat van het Evangelie Het evangelie is voor de Kerk werkelijk een schat. Daarover geen discussie. Maar het is ook van onschatbare waarde voor de Kerk wanneer armen en kleinen op hun beurt en in hun nood anderen aansporen tot een actieve evangelische gezindheid van liefde jegens de naaste. De christelijke omgang met de naaste in nood is ten diepste een waarachtige dia- loog. Maar een christen is niet alleen geroepen tot een dialoog met de medemens. Het gaat in ons leven als christen ook om de dialoog van de mens met God. Paus Johannes Paulus II en ook de Nederlandse kardinaal J. Willebrands kwamen in 1983 tot de uitspraak dat Maarten Luther een getuige van het evangelie is (art. 29). Paus Benedictus XVI sprak in 2011 over de persoon en de theologie van Luther als een spirituele en theologische uitdaging voor de huidige katholieke theologie. Paus Benedictus zei bij zijn bezoek aan Erfurt in 2011: "Wat Luther onophoudelijk bewoog was de vraag naar God, de diepe hartstocht en drijvende kracht achter zijn hele levensweg. Hoe vind ik een genadige God [..] wie is hier tegenwoordig nog mee bezig - zelfs onder christenen? Wat betekent de Godsvraag in ons leven? In onze verkondiging? De meeste mensen, ook christenen, gaan er tegenwoordig van uit dat God niet echt geïnteresseerd is in onze zonden en deugden" ( Van Conflict naar Gemeenschap art 30). De dubbele dialoog met God Zo besef ik dat zowel het gesprek tussen God en mens, d.w.z. het naderen van de mens tot God (met heel je hart, je verstand en al je krachten) alsook het uit liefde geven aan een behoeftige mens (cf stelling 43) als werk van barmhartigheid, een waarachtige dialoog is die alleen met de hulp van Gods genade kan worden gerealiseerd. Het is voor een christen

RkJQdWJsaXNoZXIy MzgxMzI=