Perspectief 2014-23

2014-23 Het Concilie van Trente (1545-1563). 37 Reag eer Blanckart. Tapper had als voornaamste keizerlijke theoloog zelfs protocollair de belang- rijkste plaats, na de twee pauselijke theologen Alfonso Salmeron en Diego Laínez, maar voor de Spaanse theologen Melchior Cano en Alfonso de Castro, de rest van de Leuvense delegatie (pars pro toto allemaal Vlamingen genoemd), en tenslotte de keizerlijke theolo- gen uit het Heilig Roomse Rijk (zoals Johannes Gropper). Tapper, Sonnius en Hasselius kwamen uitvoering aan het woord over het boetesacrament en Ravesteyn over het heilig oliesel. De invloed van Tapper en zijn confraters op het de- creet over de biecht in Trente zou wel eens groter kunnen zijn dan tot nog toe werd aangenomen. In Leuven was immers rond de biecht al uitvoerig nagedacht en gepubli- ceerd. In 1525 schreef Jacobus Latomus De confessione secreta , waarin hij het sacrament van de biecht verdedigde tegen Oecolampadius, en dat de Leuvense theologen tot inspi- ratie kan gediend hebben. 64 Ze namen ook nog deel aan de debatten over Misoffer en priesterschap, maar die leidden slechts in de derde zittingsperiode tot decreten. Tapper en Ravesteyn argumenteerden toen dat de mis vanuit voorafbeeldingen in het Oude Testament, vooral het paaslam, ge- zien kan worden als een offer. In die zin was de mis voor hen een tegenwoordigstelling van Christus' kruisoffer. Tijdens hun verblijf in Trente onderhandelden Tapper en Sonnius met de nuntii op het Concilie over een nieuwe bisdomindeling in de Nederlanden, die uiteindelijk pas zou uitgevoerd worden in 1559 onder paus Paulus IV. Tijdens de derde zittingsperiode nam op vraag van koning Filips II weer een stevige dele- gatie Leuvense theologen deel aan het Concilie: Michael Baius, Johannes Hessels, en Cornelius Jansenius (van Hulst), die na het Concilie tot eerste bisschop van Gent zou wor- den benoemd. Van de bisschoppen waren aanwezig: Antoine Havet (Namen), François Richardot (Atrecht) en Martinus Rythovius (Ieper). Het valt op dat naar het einde van het Concilie het sociale profiel van de bisschoppen was veranderd, en dat bisschoppen aan- wezig waren uit de zuidwestelijke grensstreek van de Nederlanden, waar de 64 Van Sonnius hebben we natuurlijk passages over de ‘confessio secreta’ in zijn Claer Bewijs . Van Johannes Leonardus van der Eycken verscheen Sententia venerabilis domini Ioannis Hasselij... super facto Nectarij, Episcopi Constantinopolitani, circa sublationem confessionis: præsidentibus Concilij Tridentini exhibita , Ant- werpen: Ex officina Christophori Plantini, 1564.

RkJQdWJsaXNoZXIy MzgxMzI=