Perspectief 2012-17

Perspectief, Digitaal Oecumenisch Theologisch Tijdschrift Katholieke Vereniging voor Oecumene, nr. 17, september 2012 18 zogeheten Proto-evangelie van Jakobus . Proto-evangelie betekent hier zoiets als ‘voor- evangelie’, een ‘evangelie’ met verhalen die als het ware vooraf gaan aan de gewone evangeliën. Het Proto-evangelie van Jakobus is een vrome legende, die vrijwel in zijn geheel over het leven van Maria gaat. Ook al aanvaardde de Kerk deze tekst niet als ‘bijbel’, men wees die toch ook niet af. Men vond het een inspirerende tekst, een tekst die je niet zomaar mocht verwaarlozen of verloren laten gaan. Daarvoor was de tekst ook te mooi en te populair. Zo kon het gebeuren dat op oosterse Mariafeesten het Proto-evangelie van Jakobus werd voorgelezen in de kerk. Met name weten we dat van de Byzantijnse ritus. Dat is de ritus die zowel door de oosters-orthodoxen als door de met Rome geünieerde Grieks- katholieken wordt gevierd. Joachim en Anna, de ouders van Maria in het verhaal, hadden geen kinderen. Ze baden tot God en beloofden dat ze het kind dat ze misschien mochten verwelkomen, aan God zouden opdragen. Men zou het kind dan feitelijk aan de tempel wegschenken, waar het dan de Heer zou gaan dienen. Dat kind komt er, een dochter. De maanden gingen voorbij en het kind groeide op. Toen het twee jaar was, zei Joachim tegen Anna: ‘Laten we haar naar de tempel van de Heer brengen om de belofte na te komen die we hebben gedaan, opdat de Heer ons geen kwaad doet en ons offer zou afwijzen.’ Maar Anna antwoordde: ‘Laten we tot haar derde jaar wachten, zodat het kind niet meer naar haar vader en moeder verlangt.’ En Joachim zei: ‘Dat doen we. ’ En toen het kind drie jaar was geworden, zei Joachim : ‘We zullen de onbevlekte dochters van de Hebreeën roepen en laten ze ieder een fakkel nemen. Deze moeten branden opdat het kind niet in de verleiding komt om zich van de tempel af te keren.’ Dat deed hij totdat ze in de tempel van de Heer waren aangekomen. De priester nam het kind en na haar gekust te hebben, zegende hij het met de woorden: ‘De Heer heeft je naam groot gemaakt bij alle geslachten. In jou zal de Heer in de laatste dagen zijn verlossing aan de kinderen van Israël laten zien.’ En hij zette het op de derde tree van het altaar en de Heer God deed genade op haar neerdalen en zij danste van vreugde op haar voetjes en heel het huis van Israël kreeg haar lief. 17 Is het niet fantastisch dat Maria danst! Je zou dit specifieke verhaal dan ook ‘De dans van Maria’ kunnen noemen. David danste ooit voor de Ark toen die naar de tempel werd overgebracht en Maria danst nu voor diezelfde Ark die in de tempel staat. De Byzantijnse liturgie van dit feest verwijst tijdens de Metten ook naar Davids dansen: David voert de reidans aan; hij danst vol vreugde en verheugt zich met ons over u, de smetteloos reine Maagd. En ook de ouders van Maria worden dansend opgevoerd in een hymne van de vespers van het feest: Haar edele ouders, Joachim en Anna, dansen van vreugde, omdat zij háár gedragen hebben die de Schepper draagt. Ze dansen allemaal voor de Ark. Toen ik een keer dit feest meemaakte in een Nederlandstalige oosters-orthodoxe parochie zong het koor tijdens de communie de zogeheten Canon van de Moeder Gods . Daarin werden de gelovigen als het ware 17 A.F.J. Klijn, De Apocriefen van het Nieuwe Testament , Ten Have, Kampen, 2006

RkJQdWJsaXNoZXIy MzgxMzI=