Perspectief 2012-15

Perspectief, Digitaal Oecumenisch Theologisch Tijdschrift Katholieke Vereniging voor Oecumene, nr. 15, april 2012 29 kritische reflectie op de missionaire praktijk in bijbels licht mogelijk. In missionair werk kunnen me nsen, relaties en projecten danig ontsporen. ‘Als christenen in de zending oneigenlijke middelen gebruiken, bijvoorbeeld misleiding of dwang, dan verraden ze het evangelie en worden ze de oorzaak van het lijden van anderen. Zulke praktijken roepen om berouw en ze herinneren ons aan onze voortdurende afhankelijkheid van Gods genade. (Romeinen 3, 23)’ Het is verleidelijk om hierbij meteen te denken aan spectaculaire voorbeelden uit andere landen: geweld tussen religieuze gemeenschappen, misleidende massabijeenkomsten, gedwongen bekeringen. Vruchtbaarder lijkt het mij echter om na te gaan hoe missionair werk vanuit Nederlandse kerken en Nederlandse organisaties mis kan gaan. Ik noem vier gevaren die mijns inziens voldoende illustreren waarom een gedragscode geen overbodige luxe is. Dit is (helaas) geenszins een uitputtende lijst. 1. Korte termijn projecten voor evangelisatie of diaconaat die buiten plaatselijke kerken of partners om werken, kunnen vervreemding van het evangelie en een moeilijke positie voor lokale christenen in de hand werken. 39 2. Als kerken en organisaties missionair werk steunen in landen waar, in naam van de meerderheidsgodsdienst, aanhangers van andere godsdiensten in hun vrijheden worden beperkt, en tegelijkertijd in hun eigen land instemmen met beperking van religieuze vrijheden van minderheden, dan zal dit terecht grote weerstand oproepen. Met andere woorden: een voorvechter van godsdienstvrijheid in andere landen die zich thuis niet sterk maakt voor religieuze minderheden meet met twee maten. 3. Instituten van religieuze aard , zoals scholen, medische voorzieningen en ook kerken, hebben macht en die macht kan worden misbruikt. Wat begint met een missionaire drive om mensen te dienen of de goede boodschap te verkondigen, kan eindigen in een misrepresentatie van het evangelie van Jezus of bruut machtsmisbruik. Deze opmerking is niet bedoeld als impliciete aanklacht tegen rooms-katholieke instanties van weleer. Overal waar christenen in zending instituten oprichten – en zo krijgt missie vaak gestalte – liggen deze gevaren op de loer. 4. In de christelijke gemeenschap zorgt het probleem van proselitisme nog steeds voor conflicten en verdeeldheid. Binnen Nederland zijn al grote vooruitgang en toenadering geboekt. Het is echter niet ondenkbaar dat een Nederlandse organisatie elders in de wereld missionair werk ondersteunt dat door lokale kerken als proselitisme wordt ervaren. Initiatieven voor eenheid mogen christenen in Nederland dan dicht bij elkaar brengen, missionair werk in andere delen van de wereld is gebaat bij het zoeken van toenadering. 40 Hoe deze aanbevelingen te gebruiken? ‘Christelijk getuigenis in een multireligieuze wereld’ is een hulpmiddel om de praktijk van missionair werk te verbeteren. De opstellers geven aan dat ze aan hun tekst geen algemene geldigheid toekennen en nodigen kerken en organisaties uit op basis van dit voorbeeld eigen richtlijnen op te stellen. Naar mijn observatie zijn drie aspecten van dit document van buitengewoon belang voor missionaire initiatieven in en vanuit Nederland. 1. CWMW faciliteert, zoals gezegd, het evalueren van de missionaire praktijk van kerken en organisaties . Zoals dr. Tveit het stelde in zijn toespraak bij de presentatie: 39 In Nederland zijn enkele jaren geleden, op initiatief van de Evangelische Zendingsalliantie, al richtlijnen voor korte termijn uitzendingen geformuleerd. Zie: http://eza.nl/media/upload/files/Richtlijn%20kortetermijn%20uitzendingen%20versie%2015%20okt%202008.pdf 40 Door de Wereldraad van Kerken, het Vaticaan en de Lausanne-beweging is al veel denkwerk verricht rondom het thema proselitisme. Al in 1970 gaf een gemeenschappelijke werkgroep van WCC en de Rooms-katholieke Kerk de verklaring Common Witness and Proselytism uit. In de jaren ’90 verscheen Towards common witness: A call to adopt responsible relationships in mission and to renounce proselytism,’ http://www.oikoumene.org/en/resources/documents/wcc-commissions/mission-and-evangelism/towards-common- witness.html . De Lausanne-beweging heeft zich in een serie consultaties zorgvuldig bezig gehouden met zending onder ‘nominale’ christenen in rooms-katholieke, orthodoxe en protestantse contexten. De resultaten van deze consultaties zijn gepubliceerd als Lausanne Occasional Papers 10, 19 en 23. Zie : www.lausanne.org

RkJQdWJsaXNoZXIy MzgxMzI=