Perspectief 2009-3

Perspectief, Digitaal Oecumenisch Theologisch Tijdschrift Katholieke Vereniging voor Oecumene, nr. 3, maart 2009 11 ALS U BEGRIJPT WAT IK BEDOEL Paulus tussen retoriek en dogmatiek Mijn bijdrage behandelt niet formeel een probleem van oecumene. Op de vraag of men Paulus oecumenisch kan, respectievelijk moet lezen zou ik spontaan immers reageren met de vraag of men Paulus eigenlijk wel anders dan oecumenisch kán lezen. Er zijn namelijk geen vier of vijf verschillende collecties Paulusbrieven geschreven, één per christelijke confessie, en als er één prediker van Christus voortdurend gehamerd heeft op eenheid van geest en hart voor de hele oikoumenê, is het wel Paulus geweest. De zorg van Paulus voor eenheid betekende echter niet meteen een pasklare oplossing voor alle toekomstige problemen van interpretatie, en evenmin voor de zo moeilijke vraag waar de grens ligt tussen een verschil in interpretatie dat behoort tot de normale en legitieme pluraliteit binnen Christus' kerk, en verschillen die men als ontoelaatbaar zou moeten bestempelen. Dat heeft de latere kerkgeschiedenis genoegzaam geleerd. Inspanningen Ik liet het woord 'interpretatie' vallen. Over interpretatie wil ik het vandaag hebben. Ik trap namelijk een open deur in, wanneer ik stel dat de voorbije meningsverschillen, die tot conflicten en zelfs tot oorlog konden leiden, op een of andere manier altijd te maken hadden met interpretatie van Paulusteksten. Over de andere motieven, karakteristiek voor de eeuwige 'oude mens', motieven als angst, machtswil, politiek spel, enzovoort, zal ik het vandaag heel bewust niet hebben. Ik voel me ook niet geroepen om voorbije en hangende doctrinele problemen te behandelen. Anderen zullen dat met veel meer gezag en competentie doen. Wel citeer ik in dit verband nog steeds graag een historische tekst omtrent een van de meest cruciale problemen van de oecumene, namelijk dat van de rechtvaardiging. Laat me toe dit in de oorspronkelijke taal te doen. "Ce que je dis de la justification (sous réserve de quelques formules discutables mais point insupportables) concorde objectivement et en tous points avec la doctrine justement comprise de l'Eglise catholique romaine. Vous comprendrez que mon étonnement, à cette 'nouvelle', ait été assez grand, et je pense que beaucoup de vos lecteurs catholiques romains ne le seront pas moins au départ (tant qu'ils n'auront pas pris note de la 'nuée de témoins' que vous citez!). Ma prise de position ne peut être que la suivante: si ce que vous développez…comme étant la doctrine de l'Eglise catholique romaine est de fait sa doctrine, alors je dois admettre que ma doctrine sur la justification concorde avec la sienne. Et je dois bien déjà l'admettre puisqu'alors - et d'une manière certes tout à fait surprenante - la doctrine catholique romaine est d'accord avec la mienne!" 1 Ik citeer het beroemde woord uit de brief van Karl Barth aan Hans Küng graag, omdat het een bewijs vormt dat oecumenische inspanningen niet zomaar oefeningen in beleefdheid zijn, die voor de rest bij het eigen gelijk blijven en ter plaatse blijven trappelen. 1 Hans Küng, La justification , DDB, 1965, 12 Peter Schmidt, dr. theologie, lic. klass. filol., lic. bijbelwetensch., is priester van het bisdom Gent Hij was dertig jaar verbonden aan het Grootseminarie aldaar als prof. exegese, geestelijk directeur en president. Momenteel is hij docent aan de KUL en het centrum voor priesteropleiding Bovendonk (Breda). Hij is lid van de Europese Academie voor Wetenschappen en Kunsten (Wenen).

RkJQdWJsaXNoZXIy MzgxMzI=