De Kerk- Op weg naar een gemeenschappelijke visie

30 HOOFDSTUK III De Kerk groeit in gemeenschap op het verband tussen de maaltijd van de Heer en het leven van de Kerk (vgl. 1 Kor.10,16-17; 11,17-33). 43. Net zoals geloofsbelijdenis en doop onafscheidelijk zijn van een leven van dienst en getuigenis, zo vraagt ook de eucharistie van allen die broeders en zusters zijn in het ene gezin van God dat zij bereid zijn tot verzoening en delen. ‘Christenen worden in de eucharis- tie geroepen solidair te zijn met hen die worden uitgesloten en tekens te worden van de liefde van Christus die voor allen heeft geleefd en zich heeft opgeofferd en zich nu in de eu- charistie geeft…. De eucharistie brengt in onze geschiedenis een nieuwe werkelijkheid binnen die christenen omvormt tot het beeld van Christus en daarom tot daadwerkelijke getuigen maakt.’ 38 De liturgische vernieuwing in sommige kerken kan voor een gedeelte worden ge- zien als een receptie van de convergerende inzichten die in de oecumenische dialogen zijn opgetekend. 44. Verschillende christelijke tradities hebben van mening verschild over de vraag of de doop, de eucharistie en andere riten ‘sacramenten’ dan wel ‘instellingen’ moeten worden genoemd. Het woord ‘sacrament’ (dat het Griekse mysterion moet vertalen) wil aangeven dat Gods heilswerk in de rituele handeling wordt meegedeeld, terwijl de term ‘instelling’ bena- drukt dat de rituele handeling wordt voltrokken in gehoorzaamheid aan Christus’ woord en voorbeeld. 39 Deze twee posities zijn veelal gezien als aan elkaar tegengesteld. Maar de stu- dietekst van Geloof en Kerkorde One Baptism wijst erop dat ‘Of zij nu de term ‘sacrament’ of ‘instelling’ gebruiken, de meeste tradities zeggen dat deze gebeurtenissen zowel instrumen- teel (in die zin dat God ze gebruikt om een nieuwe werkelijkheid tot stand te brengen) als ex- pressief (zij brengen een reeds bestaande werkelijkheid tot uitdrukking) zijn. Sommige tradi- ties benadrukken de instrumentele dimensie … andere de expressieve.’ 40 Zou dit verschil mis- schien eerder gelegen kunnen zijn in accentlegging dan in leerstellige onenigheid? Deze riten zijn een uitdrukking van zowel ‘institutionele’ als ‘charismatische’ aspecten van de Kerk. Ze zijn zichtbare, effectieve handelingen die door Christus zijn ingesteld en tegelijk worden zij effectief gemaakt door het handelen van de heilige Geest die door middel daarvan hen die de sacramenten ontvangen van een verscheidenheid van gaven voorziet voor de opbouw van de Kerk en haar zending in en voor de wereld. 38 Uit Doop, eucharistie en ambt , § 24 en 26. 39 De Latijnse term sacramentum was een aanduiding van de eed die een rekruut aflegde als hij in militaire dienst trad; hij werd door de eerste belangrijke theoloog die in het Latijn schreef, Tertullianus (160-220), ge- bruikt voor de doop. 40 One Baptism. Towards Mutual Recognition , § 30.

RkJQdWJsaXNoZXIy MzgxMzI=