De Kerk- Op weg naar een gemeenschappelijke visie

D. Gemeenschap in eenheid en verscheidenheid 19 daarom misschien kunnen worden gezien als een kwestie waarin rechtmatige verschil- len in formulering compatibel zijn en van verschillende kanten aanvaard kunnen wor- den? D. Gemeenschap in eenheid en verscheidenheid 28. Rechtmatige verscheidenheid in het leven van de gemeenschap is een gave van de Heer. De heilige Geest verleent de gelovigen een verscheidenheid van elkaar aanvullende gaven voor hun gemeenschappelijk goed (vgl. 1 Kor. 12,4-7). De leerlingen zijn geroepen tot volkomen eenheid (Hand. 2,44-47; 4,32-37), terwijl zij elkaars verschillen respecteren en er- door worden verrijkt. Culturele en historische factoren dragen tot de rijke verscheidenheid binnen de Kerk bij. Wil er sprake zijn van een authentieke beleving van het Evangelie op ver- schillende plaatsen en in verschillende tijden, dan moet het worden verkondigd in talen en met symbolen en beelden die daarbinnen van betekenis zijn. Rechtmatige verscheidenheid wordt in gevaar gebracht overal waar christenen hun eigen culturele uitdrukkingen van het Evangelie als de enig authentieke beschouwen die aan christenen met een andere cultuur moeten worden opgelegd. 29. Tegelijkertijd mag de eenheid niet worden opgegeven. Door het geloof in Chris- tus dat zij met elkaar delen en dat zijn uitdrukking vindt in de verkondiging van het Woord, de viering van de sacramenten en een leven van dienst en getuigenis is iedere plaatselijke kerk in gemeenschap met de plaatselijke kerken van alle plaatsen en alle tijden. Een pastoraal ambt ten dienste van de eenheid en tot instandhouding van verscheidenheid is een belang- rijk middel dat aan de Kerk gegeven is om hen die verschillende gaven en perspectieven heb- ben te helpen elkaar over en weer rekenschap te geven. 30. Kwesties die te maken hebben met eenheid en verscheidenheid zijn een zeer be- langrijk punt van aandacht sinds de Kerk met de hulp van de heilige Geest leerde zien dat heidenen in de gemeenschap moesten worden verwelkomd (vgl. Hand. 15,1-29; 10,1-11,18). De brief die vanuit de bijeenkomst in Jeruzalem werd gestuurd aan de christenen in Antiochië bevat wat zou kunnen worden genoemd een fundamenteel beginsel dat voor eenheid en verscheidenheid richtinggevend is: ‘In overeenstemming met de heilige Geest hebben wij … besloten u geen andere verplichtingen op te leggen dan wat wezenlijk is’ (Hand. 15,28). Later hebben de oecumenische concilies andere voorbeelden van zulke ‘wezenlijke zaken’ gele- verd, zoals toen op het eerste oecumenisch concilie (Nicea 325) de bisschoppen duidelijk hebben geleerd dat voor gemeenschap in geloof de bevestiging van de godheid van Christus vereist is. In een recenter verleden hebben kerken zich met elkaar verbonden om met kracht kerkelijk onderricht te laten klinken waarin tot uiting wordt gebracht wat zo’n grondwaarheid

RkJQdWJsaXNoZXIy MzgxMzI=