Jaargang 62 Nummer 3

Pokrof 2 1 Johannes de Doper is een man van de stilte. Hij trok al jong naar de woestijn. Wij vieren zijn geboorte op 24 juni, na de langste dag van het jaar het begin van de zomer, als de planten in de natuur wachten op hun rijping. Deze tijd van het jaar is ook voor de school- gaande jeugd de tijd van wachten, van rijpen. Om te zien wat ze hebben opge- nomen het afgelopen schooljaar, zijn er de examens. De vakantietijd is een tijd waar ogenschijnlijk niets constructiefs gebeurt. De rijping voltrekt zich onder- huids, zoals in de aarde. In de oogst- maand augustus gaan we plukken. Waar ruimte is voor rust en stilte, sma- ken de vruchten goed… Zo is ook de vrucht van het leven van Johannes een goede: het aankondigen van de Verlosser. T egenover de geboorte van Jezus op 25 december, staat de geboorte van Johannes op 24 juni. De data liggen precies tegen- over elkaar op de jaarcirkel. Het verschil van 25 en 24 is maar schijn, want 25 december heet in de Romeinse kalender ‘acht dagen vóór 1 januari’ en 24 juni ‘acht dagen vóór 1 juli’. Met 24 juni, het feest van Johannes, begint de dalende helft van het jaar: dan heeft het licht zijn hoogtepunt bereikt en begint het weer af te nemen. Jezus en Johannes staan zo tegenover elkaar als de opgaande en ondergaande zon. Ze zijn elkaars tegenpolen, maar horen net zo bij elkaar als zomer en winter, die het jaarritme bepalen. Johannes doopte met water, Jezus met ‘vuur en Geest’. Johannes stelt het aard- se principe voor en Jezus het geestelijke. Maar het één is niet zonder het ander. Beiden houden ze elkaar in evenwicht. Het geestelijke en het aardse, het spiritu- ele en lichamelijke, nooit kan er een ontkend worden. Groot inspirator Johannes was de zoon van Zacharias en Elisa- beth. Beiden hadden het opgegeven nog een kind te krijgen. Als een engel Zacharias komt vertel- len dat zijn vrouw in verwachting is, wordt deze letterlijk met ‘stomheid’ geslagen. Bij de geboor- te van hun zoon krijgt hij zijn stem terug en noemt zijn zoon ‘Johannes, in het Hebreeuws Johanan: ‘JHWH [is] genadig’. Tot in de middel- eeuwen was Johannes de patroon van de zang- kunst, omdat door hem zijn vader zijn stem terugkreeg. Johannes de Doper zegt over Christus: ‘Hij moet groter, maar ik kleiner worden’ (Joh 3: 30). De Oosterse kerk benadrukt dit door Johannes niet de Doper te noemen, maar de Voorloper (van Christus). Samen met Maria is hij de enige heili- ge van wie wij zowel geboorte- als sterfdag gedenken. Johannes is dé heilige van de Oosterse kerken, zij hebben hem altijd gezien als voor- beeld van boetvaardigheid. Het accent van de Oosterse kerk ligt dan ook meer op versterving: vandaar haar naam ‘monnikenkerk’. De eerste christenmonniken trokken de woestijn in, naar Johannes’ voorbeeld . De asceet in kameelharen kleed heeft velen geïnspireerd. Ook in het Wes- Sint Jan H. Johannes de Doper oftewel Voorloper, Servische houtsnede uit 1538.

RkJQdWJsaXNoZXIy MzgxMzI=