Jaargang 53 Nummer 5

POKROF 6 ren te blijven vuren. Veel joodse inwoners van het noorden van Ga- lilea zijn gedwongen de schuil- kelders in te gaan of te worden geëvaceerd naar het zuiden van Israël. Voor de Arabische inwo- ners is er geen andere keus dan te blijven. Zij hebben geen schuil- kelders en meestal ook niet de middelen om van huis te gaan. Het moederhuis in Bet Jemal wil ook alle bewoners van Lavra Netofa evacueren, maar uiteinde- lijk vertrekken slechts twee broe- ders en twee zusters. De priester onder de broeders is daar ook bij en zo ontstaat de situatie dat vader Toma, de medebroeder van vader Jacob sinds het begin, weer de oosterse H. Liturgie moet ce- lebreren. Daartoe wordt de Jaco- busliturgie weer opgepakt, in het Hebreeuws, met de gezangen die door vader Jacob zijn vertaald en getoonzet. Het bidden en werken gaat zoveel mogelijk door als gewoonlijk. Dag en nacht echter horen we de gevechtsvliegtuigen, de helikop- ters en de doffe inslagen van het Israëlische granaatvuur op Liba- non. De Libanese grens is 25 kilometer van het klooster van- daan. Vaak worden we opge- schrikt door de sirenes die loeien in de ons omringende dorpen. We horen en zien de explosies die de raketten veroorzaken. Lavra Netofa zelf wordt God zij dank niet geraakt, maar overal om de berg heen zijn inslagen. De Lavra ligt betrekkelijk ver van militaire installaties en is op zich geen doelwit van Hezbollah. De mees- te projectielen waarover zij be- schikken kunnen echter niet pre- cies gericht worden en makkelijk hun doel missen of afzwaaien. De grootste angst is dus dat de berg geraakt wordt en er bosbrand in het kurkdroge struikgewas ont- staat. Wat te doen met slechts zes mensen, zonder water?! Op 14 augustus, ’s morgens om 8 uur, zal de wapenstilstand ingaan en tot vijf minuten voor die tijd wordt het vuren van de Israëli- sche artillerie gehoord. Na een week is de bevolking van de Lavra weer voltallig en kan de draad opgepakt worden. Eén verande- ring is blijvend: men gaat door met het celebreren van de Jaco- busliturgie, tot vreugde van de oude en de nieuwe bewoners. Dankbaarheid en vertrouwen De monniken en monialen van Lavra Netofa zijn vader Jacob bij- zonder dankbaar voor al wat hij gedaan heeft voor het klooster. Die dankbaarheid wordt door velen gedeeld, gezien het aantal mensen dat zijn graf bezoekt en naar joodse gewoonte een klein steentje op het graf legt. Vader Jacob heeft een gedegen funda- ment gelegd. Niemand zal in Israël meer een klooster kunnen stichten op zo’n mooie plaats als de Netofaberg. De gronden zijn eigendom van het klooster en in een bestemmingsplan is vastge- legd dat in de nabije omgeving niet gebouwd kan worden. De vele vrienden die vader Jacob maakte onder alle groepen van de Israëlische samenleving blijven het klooster trouw door bezoe- ken en goede raad. Vader Jacob heeft zelf zijn stich- ting niet kunnen uitbouwen op de manier waarop hij dat mis- schien gewild had, maar op zijn fundament kan nu doorgebouwd worden en met de energie en daadkracht van de Familie van Bethlehem wordt dat voortva- rend aangepakt. Gebed en lofprij- zing gaan door, weliswaar op een wat andere wijze. Er is een groot vertrouwen dat met Gods hulp dit klooster kan voortbestaan en uitgroeien in Galilea, het land van Jezus, waar de kleine christe- lijke minderheid een bijdrage kan leveren aan de zo noodzake- lijke VREDE en VERZOENING. Broeder Kees Broeder Kees is monnik van Lavra Netofa Vader Jakob Willebrands ( † 2005) bij het bewieroken van het altaar in de grotkapel van Lavra Netofa. (foto: M. Olffers).

RkJQdWJsaXNoZXIy MzgxMzI=