Jaargang 51 Nummer 1

POKROF 1 Rondom ‘Maslenitsa’ oftewel de ‘Boterweek’ De vastenavond in Rusland De haast uitzichtloze strenge winter roept bij Russen soms twijfel op of de lente nog wel ooit zal aanbreken. Kan er nog wel een einde komen aan de grauwe dagen en lange koude nachten? Aan de dagelijkse ongemakken door sneeuw, ijs en vorst? En dan, nog voor het aanbreken van de lente, komt de ‘Maslenitsa’ de ‘Boterweek’ (maslo = boter), als een geschenk uit de hemel vallen. Het heidendom vierde in deze periode het afscheid van de win- ter en de verheerlijking van de ontwakende, steeds krachtiger wordende zon. In de Byzantijnse kerk nadert de voorvasten haar einde om over te gaan in de veer- tigdagentijd. De week vooraf- gaande aan de Zondag van het Afscheid van de Zuivel, oftewel Vergevingszondag, wordt de Mas- lenitsa, de Boterweek, genoemd. Men eet in deze week onvoorstel- bare hoeveelheden aan blini’s, kleine goudkleurig ronde flens- jes, die de ontwakende gouden zon symboliseren. De Voorvasten De Byzantijnse Kerk kent ver- schillende tijden en dagen waar- op gevast wordt. Alle woensda- gen en vrijdagen, de tijd voor Kerstmis, voor Pasen (deze tijd wordt afgesloten op Palmzon- dag, de tiende zondag in de cyclus), de Goede Week, de tijd voor het feest van Petrus en Paulus (29 juni) en de tijd van 1 tot 15 augustus (Ontslapen der Moeder Gods, red.). In de kloos- ters wordt streng gevast. De leken houden zich aan de vasten- tijd voor Kerstmis en Pasen; de andere tijden nemen zij overwe- gend iets gemakkelijker op. De Voorvasten begint op de tien- de zondag voor Pasen. De vier zondagen van de Voorvasten dra- gen de naam, afgeleid van het evangelie of het gebruik, beho- rend bij die zondag. Achtereen- volgens: de Zondag van de Tollenaar en de Farizeeër, de Zondag van de Verloren Zoon, de Zondag van het Oordeel en het Afscheid van het Vlees en de Zondag van het Afscheid van de Zuivel, tevens Vergevingszondag. Wat onderscheidt de Voorvasten van de Grote Vasten oftewel de Veertigdagentijd? De Voorvasten bereidt de gelovi- gen voor op de Veertigdagentijd (Jezus bracht veertig dagen bid- dend en vastend door in de woes- tijn). Het schept de gelegenheid om langzaam in te groeien in de gezindheid tot vasten en het zichzelf aanscherpen tot nede- righeid. Het evangelie van de tol- lenaar en de farizeeër nodigt daartoe uit. De tollenaar vraagt: ‘Heer, wees mij zondaar genadig”. In de parabel keert de verloren zoon berooid terug naar zijn vader, nadat hij zijn vooraf opge- vraagd erfdeel heeft verkwanseld. Zijn vader ontvangt hem met open armen en richt een feest- Goudbruine blini’s worden warm opgediend.

RkJQdWJsaXNoZXIy MzgxMzI=