Perspectief 2020-49

2020-49 Exegetische aantekeningen bij Gemeinsam am Tisch des Herrn 21 Tun und Lassen der Kirche, keine liturgischen Formen und institutionellen Regeln, keine Unterschiede in Herkommen und Tradition können und dürfen diesem Geschenk im Wege stehen. ‘ (3.11.2) Nauw in verband met dit laatste staat wat de volgende paragraaf te zeg- gen heeft , namelijk dat er in het Nieuwe Testament verschillende ‘ Gestaltungs- möglichkeiten‘ te vinden zijn. Tegelijkertijd is er ook wat onduidelijk, namelijk wie de maal- tijd nu precies geleid heeft. Wel z ijn er ‘konstitutive Bestandteile’ aan te wijzen: ‚ die Verkündigung des Wortes Gottes, die Gemeinschaft aller an Jesus Christus Glaubenden, Gebet und Gesang, Segen und Dank .‘ Daarbij is het ‘tegenover‘ van de gemeente Jezus Christus (vermoedelijk is bedoeld: niet de ambtsdrager; 3.11.3). De laatste conclusie is dat de maaltijd niet op zichzelf staat, maar verbonden is met doop, diaconie en missie (3.11.4). 3. Kanttekeningen – oecumenisch en exegetisch Na deze rondgang door de belangrijkste inhouden van het document is het mogelijk om een paar kanttekeningen te formuleren die, zoals zal blijken, een aantal wezenlijke ele- menten van het net weergegeven betoog zullen problematiseren. Hiervoor, echter, spreek ik mijn waardering uit voor een aantal grondlijnen in het document die van oecumenische en ‘oecumenisch - exegetische’ waarde zijn, ook wanneer er op andere aspecten het één en ander af te dingen valt. 3.1. Oecumenische waardering Van exegetisch en oecumenisch belang in de positieve zin is dat het document benadrukt hoe belangrijk de maaltijd van de Heer in de vroege Christelijke gemeentes. Daarbij speelt de verbinding tussen een soteriologie en ecclesiologie, om het met systematisch-theolo- gische begrippen te zeggen, een grote rol: de verlossende communio met de Heer, mogelijk gemaakt door zijn eigen “pascha”, wordt bemiddeld door de deelname aan het maal met diezelfde Heer dat zodoende ook de gemeenschap tussen leden van de ge- meente bewerkstelligt (de figuu r van de dubbele ‘communio,’ zie hierboven; een formulering met een enkele communio is ook denkbaar, overigens: de gemeenschappelijk integratie in de communio met de Heer door doop en eucharistie is tegelijkertijd de ge- stalte van de communio onder de gemeenteleden). 3 De anamnesis van (het pascha van) de Heer krijgt daarbij het volle pond, met zijn herinnerende, letterlijk re-presenterende en vooruitblikkende dimensies. 4 Hierbij worden ook formuleringen om de aanwezigheid van

RkJQdWJsaXNoZXIy MzgxMzI=