Perspectief 2017-38

2017-38 ‘Theologiseren vanuit literaire beelden’ 23 Reag eer door de liturgie, vervolgens de lyrische exclamaties uit de bul Transiturus waarmee paus Urbanus IV in 1264 het feest van het Heilig Sacrament heeft ingesteld, en tenslotte hebben enkele formuleringen van het concilie van Trente er een plaats in gekregen. Dat laatste rechtvaardigt de conclusie dat de litanie (in deze vorm) van na de sluiting van die kerkvergadering (1563) dateert. Ik heb niet geprobeerd de aanroepingen wat vrijer te vertalen. Ik heb me zonder vooropgezette bedoeling gevoegd naar de vertaalprincipes van Liturgiam Authenticam en ben zo dicht mogelijk bij het Latijn gebleven. Daar was soms een goede reden voor. Ik licht dat toe aan de hand van aanroeping (36 [33]) die luidt: Zoetste tafelgemeenschap die door engelen bediend wordt ( dulcissimum convivium cui ministrant angeli ). Het woord ‘zoet’ is er niet een dat mij in liturgische context makkelijk over de lippen komt. Toch mocht het niet worden weg vertaald. Want een van de bekendste beelden voor de eucharistie, dat natuurlijk ook in de litanie niet ontbreekt, is het manna en daarvan wordt op verschillende plaatsen in de Bijbel gezegd dat het (honing)zoet van smaak was. Nu bestond het werken aan dit commentaar voor een groot deel in associëren, de aanroepingen met elkaar en met andere teksten uit de christelijke traditie in verband brengen. Zo komt bij het noemen van de zoetheid van dit brood een regel in gedachte uit de bekende sacramentshymne Adoro Te , waarin we zingen dat, geconfronteerd met dit brood en deze wijn, de aanblik, de tastzin en de smaak bedrogen uitkomen ( visus, tactus, gustus in Te fallitur ). Toch smaakt het brood zoet, niet voor de fysieke papillen, maar voor een spirituele smaak. Het gaat hier over een geestelijk zintuig; van de latere leer van de geestelijke zintuigen is de eerste aanzet al bij Origenes te vinden. In de recente brief uit het Vaticaan over glutenvrije of -arme hosties las ik dat het toevoegen van fruit, suiker of honing aan het altaar-brood een ‘ernstig misbruik’ is. Terecht, want de zoete smaak van het manna is in de eucharistie een beeld geworden en dat beeld moet je dan niet weer materieel of fysiek gaan verstaan. Mijn werk aan de litanie heeft me ook een inzicht opgeleverd in de wijze waarop theologie óók kan worden beoefend. Je bent bezig met beelden. Je zoekt naar waar ze vandaan komen en welke betekenis ze hebben gekregen voor de eucharistie die door de Kerk wordt gevierd.

RkJQdWJsaXNoZXIy MzgxMzI=