Perspectief 2016-31

2015-31 De Reformatie herdenken door samen van het Evangelie te getuigen 13 Reag eer In mijn bijdrage zal ik mij concentreren op de vragen die voortvloeien uit de uitdaging een nieuwe evangelisatie te ontwikkelen. Met het oog daarop vraag ik uw aandacht voor 3 opmerkingen die ten aanzien van de drie nieuwe uitdagingen gezamenlijk in het document gemaakt worden, die te maken hebben met de verwevenheid van kerk en cultuur, de opkomst van de charismatische beweging die kerkelijke grenzen slecht en de betekenis van de multireligieuze context. Over deze laatste opmerking wordt gezegd: Dit pluralisme (van de multireligieuze context) stelt de oecumene voor een nieuwe uitdaging. Het maakt oecumene niet overbodig, maar integendeel des te noodzakelijker, aangezien de onderlinge vijandigheid tussen de confessies de christelijke geloofwaardigheid schaadt. De manier waarop christenen met onderlinge verschillen omgaan, kan mensen van andere religies iets zeggen over hun christelijk geloof. (FCTC 15) Ik concludeer: de context vraagt aandacht voor de kerkelijke verschillen en de omgang daarmee. Of de context ook nieuwe vragen stelt betreffende de geloofsinhoud komt hier (nog) niet aan de orde. Het accent ligt op de interkerkelijke vragen. Groeiende overeenstemming Er wordt eerste aandacht gevraagd voor de historie. Hoofdstuk twee van ons document gaat over herinnering aan het verleden. Het verleden kan niet veranderd worden, de herinnering van het verleden wel. Rooms–katholieken en protestanten worden samengebracht door familiebanden, hun dienst aan de wereldmissie en door gezamenlijk verzet tegen tirannieke regimes. Zo redeneert het document. Als wij kijken naar de vraag die mij bezig houdt: wat heeft nou het eerste woord: de oecumene of de missionaire zoektocht, dan lijkt het een vraag naar de kip of het ei. De context van de wereld vraagt om oecumene. Maar oecumene vergemakkelijkt het werken in de wereld. Er is aandacht voor de recente oecumene. De oecumenische projecten op weg naar consensus die vervolgens genoemd worden zijn: het in 1980 opgestarte project door lutherse en katholieke theologen in Duitsland ter gelegenheid van 450 jaar Augsburgse Confessie die leidde tot het document getiteld ‘Lehrverurteilungen – kirchentrennend? en de ‘Gezamenlijke Verklaring over de Rechtvaardigingsleer’. De geschiedenis en de uitgangspunten die toen gekozen werden, spelen een belangrijke rol in de gesprekken. Maarten Luther en zijn vragen staan centraal.

RkJQdWJsaXNoZXIy MzgxMzI=