Perspectief 2015-29

2015-29 Een gemeenschappelijke visie op de kerk? 49 Reag eer continuïteit met de blijvende kenmerken van de kerk van de apostelen. De apostolische successie (de opeenvolging van bisschoppen) noemt men een van de wijzen waarop apostoliciteit gestalte kan worden gegeven. Het is dus geen absolute voorwaarde. 4 3. De argumenten voor en tegen de kinderdoop worden zodanig op elkaar betrokken dat ze elkaar niet per se hoeven uit te sluiten. Er wordt dan ook voor gemeenschappelijke dooperkenningen gepleit. 5 4. Aan de sacramenten van doop en avondmaal worden expliciet ethische implicaties verbonden. 6 5. Men gaat van drie functies van het ambt uit: een episcopale, presbyterale en diakonale: een opzicht houdende, een priesterlijke en een dienstverlenende. 7 6. De wijding van vrouwen tot het ambt van priester wordt nadrukkelijk aan de orde gesteld. 8 7. Men geeft er blijk van de noodzaak van een contextuele vormgeving van het geloof in te zien. 9 In Nederland heeft dit document krachtig bijdragen aan diverse recente, gemeenschappelijke dooperkenningen zowel tussen kerken die gezamenlijk de kinderdoop kennen als ook tussen deze kerken en kerken die de volwassendoop aanhangen. Tussen die laatste twee categorieën kerken blijven er verschillen bestaan, maar men erkent in de lijn van het Limadocument wel expliciet de legitimiteit van elkaars motieven. 10 Ik acht het verschijnen van het Limadocument een van de belangrijkste publicaties van de Wereldraad van Kerken omdat het meer dan alle voorafgaande publicaties heel bondig de kern van goede sacraments- en ambtstheologie weet te verwoorden en er tevens blijk van geeft open te staan voor de ontwikkelingen in de christenheid van de niet-westerse wereld. Inmiddels leeft in die wereld immers de meerderheid van de christenheid. De Commissie voor Geloof en Kerkorde heeft zelf aan de doordenking van het contextueel 4 A.w. , 47-49 (Ambt nr. 34 en 36). 5 A.w. , 16-19 (Doop nr. 11-16). 6 A.w. , 14 en 16 (Doop nr. 4 en 10) en 29-30 (Eucharistie nr. 20-24). 7 A.w. , 42 (Ambt nr. 19) en 46 (Ambt nr. 28-31). 8 A.w. , 41 (Ambt nr. 18 en het betreffende commentaar). 9 A.w. , 21 (Doop nr.21 m.n. het commentaar a en c), en 32 (Eucharistie nr. 28 m.n. het commentaar). 10 Zie De Doop: Een verklaring van kerken in Nederland inzake onderlinge dooperkenning en een verklaring van toenadering rond de doop (speciaal nummer van Oecumenische Bezinning 42, 2012).