Perspectief 2013-19

26 De oecumenische relevantie van een gemeenschappelijke paasdatum blijft niet beperkt tot de liturgie en de vormen en inhoud van de geloofsgemeenschappen die voor de eredienst bijeenkomen. Volgens de Franse rooms-katholieke deskundige op het terrein van de sacramentele theologie Louis-Marie Chauvet is het woord Gods dat in de liturgie wordt gevierd onscheidbaar verbonden met het woord Gods van de H. Schrift dat in de catechese wordt gehoord en met het woord Gods dat wordt beleefd in de diakonia en het charitatieve handelen. Indien deze verschillende vormen van het woord Gods van elkaar worden gescheiden, loopt de liturgie het gevaar in navelstaren te ontaarden, ‘een galmend bekken of een schellend cimbaal’ (vgl. 1 Korinthiërs 13, 1) te worden. 62 Zoals de Roemeens-orthodoxe theoloog Ion Bria schrijft, is er ook de ‘liturgie na de liturgie’ of – zo wil ik eraan toevoegen – de ‘liturgie vóór de liturgie’. 63 De bevrijdende kracht van het paasgebeuren, ook die van de gemeenschappelijke paasdatum, moet in alledaagse praktische naastenliefde worden omgezet. Enkele belangrijke lezingen van de paasvigilie in de Romeinse ritus komen uit de boeken Genesis en Exodus. De gebeurtenissen van de schepping, de exodus en het verbond hebben niet slechts betrekking op de liturgische rituelen, maar verwijzen ook naar het normale christelijke leven van alledag. De liturgie verkondigt de ervaring van bevrijding en verlossing door God. Concreet betekent dit bevrijd worden van slavernij, armoede en honger, de actualisering van het bijbelse visioen van voedsel en onderdak voor iedereen, een leven in vrede en gezondheid, coëxistentie in solidariteit, verzoening, mededogen en trouw, het visioen van een nieuwe wereld en een nieuw verbond. Daar gaan niet alleen de verhalen van de schepping, de exodus en het verbond over, dat is ook wat de verrijzenis en de gave van de Heilige Geest inhouden. Dit artikel opende knipogend met een verwijzing naar de titel van het eerste deel van het verhaal ‘Een oude kennis’ uit de Camera Obscura van Nicolaas Beets alias Hildebrand. De later zo serieuze theoloog gaf aan het tweede en het derde deel van zijn grappige verhaal de ironische titels ‘Hoe aardig het was’ respectievelijk ‘Hoe voortreffelijk zij was’. 64 Mijn wens dat het Geest-geïnspireerde zoeken naar een gemeenschappelijke paasdatum een voortref- felijke ‘finish’ moge kennen is echter allesbehalve ironisch bedoeld. Vereist is een kenotische spiritualiteit, dat wil zeggen: de kerken hebben behoefte aan een bereidwillige houding om niet hun eigen confessionele identiteit te verabsoluteren, maar om offers voor de eenheid te brengen. 65 Rooms-katholieken, orthodoxen, oriëntaals-orthodoxen, anglicanen, protestanten en andere christenen moeten niet van elkaar verwachten dat altijd maar weer de andere kant concessies doet of de eerste stap zet om tot eenheid te komen. Oecumene gaat er niet over wie wint of wie verliest. Net zoals Jezus zich heeft ontledigd (Filippenzen 2, 7), hebben ook de gevestigde kerken een houding van zich-ontledigen nodig, niet opdat ze hun eigen wezenlijke kenmerken verliezen, zoals sommigen wellicht vrezen, maar opdat ze het leven in volheid verkrijgen. 62 Louis-Marie Chauvet, Du symbolique au symbole: Essai sur les sacrements, rites et symboles 9. Parijs, 1979, bldz. 81-122. Vgl. Basilius J. Groen, The Alliance between Liturgy and Diakonia as Witness of the Church: Theological Foundation and Several Examples. In: André Lossky, Manlio Sodi (red.), La liturgie comme témoin de l’Église: LVIIe Semaine d’Études Liturgiques, Institut Saint-Serge, Paris, 28 juin-1 juillet 2010 . Monumenta studia instrumenta liturgica 66, Rome, 2012, bladz. 239-255; Kees Kok, De kunst van de liturgie. Kampen, 2004, bladz. 17-18, 24-37 63 Ion Bria, The Liturgy after the Liturgy: Mission and Witness from an Orthodox Perspective. Genève, 1996 64 Hildebrand, Camera Obscura , bladz. 152-164 65 Wacław Hryniewicz, Towards a More Paschal Christianity: Ecumenism and Kenotic Dimensions of Ecclesiology. In: Internationale Kirchliche Zeitschrift 91 (2001), bladz. 22-43; Waclaw Hryniewicz, The Cost of Unity: the Papal Primacy in Recent Orthodox Reflection. In: The Journal of Eastern Christian Studies 55 (2003), bladz. 1-27. Tijdens zijn bezoek aan Rome in juni 1995 gebruikte ook patriarch Bartholomaios van Constantinopel deze woorden. Zie: Episkepsis nr. 520 (31 juli 1995), bladz, 10, 15; Bert Groen, Patriarch en paus willen meer dialoog tussen kerken in Oost en West. In: een-twee-een 23/11 (1995), bladz. 19-22. Ook de voormalige rooms- katholieke aartsbisschop van San Francisco, John R. Quinn, beklemtoont in zijn boek The Reform of the Papacy: the Costly Call to Christian Unity (New York, 1999) de noodzaak om zulke offers voor de eenheid te brengen.

RkJQdWJsaXNoZXIy MzgxMzI=