Perspectief 2012-17

Perspectief, Digitaal Oecumenisch Theologisch Tijdschrift Katholieke Vereniging voor Oecumene, nr. 17, september 2012 4 elkaar ontmoeten . En dat gebeurde soms op een heel naïeve manier. Ik herinner me dat ik in Den Haag een orthodoxe priester zag lopen. Ik ging naar hem toe en het bleek een Russische priester te zijn. In die tijd was dat nog iets heel uitzonderlijks. Zoveel buitenlanders waren er nog niet. Ik sprak hem aan en vroeg hem wie of wat hij was, en hij vroeg me mee te gaan naar het kloostertje in de Dr. Kuyperstraat. Ik maakte de vespers mee. Het was heel bijzonder. Ontmoeting…, we zijn ons vandaag de dag nauwelijks bewust wat de impact is van dergelijke ervaringen. Toen ik later in New York ging studeren aan Saint Vladimir’s Orthodox Seminary nam ik een keer een Nederlandse medebroeder mee. We hadden een leuk gesprek met professor Sergej Verkhovskoy, een van de professoren. Toen we ’s avonds thuis kwamen bij de confraters zei mijn collega, pater Jozef Konings: “We hebben een orthodox ontmoet”, alsof het een uitheemse vogel was. Ontmoeten en vriendschap Het wonderlijke van die ontmoetingen was de vanzelfsprekendheid. Dan ontstaat er vriendschap. Je ging zien hoe dicht we bij elkaar stonden. Natuurlijk, er waren wel verschillen van opvatting; je weet dat men soms anders tegen tradities en gewoontes aan kijkt, maar steeds meer merkt men dat dit geen scheiding rechtvaardigt. Je wordt vrienden van elkaar. De verschillen worden van ondergeschikt belang. ‘Geloof Me vrouw, er komt een tijd, dat je noch op die berg daar en ook niet in Jeruzalem de Vader zult aanbidden… Er komt een tijd, ja, die is er al, dat de ware aanbidders de Vader zullen aanbidden in geest en waarheid.’ (Johannes 4, 21 en 23) 1 Goede voorbeelden Maar misschien is het kostbaarste wel als je mensen mag ontmoeten die je daarbij helpen, mensen die zelf die openheid en dat respect tonen waardoor ze jouw passie ondersteunen. Die voor jou een voorbeeld zijn van openheid en vriendschap. En zulke mensen hebben we allemaal toch ontmoet, of over hen gehoord, les van hen gehad. En dat dragen we dankbaar met ons mee voor de rest van ons leven. Zo’n boeiende figuur was kardinaal Bea en ook kardinaal Willebrands. Ik prijs me gelukkig dat ik beiden persoonlijk heb mogen kennen. Kardinaal Bea heb ik enkele keren ontmoet toen ik student was in Rome en kardinaal Willebrands was een tijd mijn chef toen ik werkte op het Secretariaat voor de Eenheid. Vartholomaios Archondonis – nu oecumenisch patriarch – was medestudent aan het Orientale. Nog steeds heb ik met hem contact. Maar we hebben allemaal – of ieder geval velen van ons – ook zulke mensen ontmoet als bisschop Jan Bluijssen, pater Arsenios van de Kopten, zr. Antoinette van Pinksteren. Anderen denken misschien aan Edward Schillebeeckx, aan Henk Manders, Patrick van der Aalst – ik noem zo maar een paar namen. Mensen die je hebben geïnspireerd, dichtbij en veraf. We mochten Visser ’t Hoofd een keer ontmoeten. Ook zo’n kei! Of ik denk aan de vele gasten die we in ons centrum van ‘Aktie en Ontmoeting Oosterse Kerken’ aan de Dr. Nuijensstraat in Tilburg hebben mogen begroeten. Die ontmoetingen betekenden even zovele momenten van genade. Als je dan nog niet gepassioneerd raakt, dan moet je toch wel heel koud van hart zijn. ’Maak toch soepel wat verstijfd is, verwarm toch wat verkild is, maak toch recht wat krom is’, flecte quod est rigidum, fove quod est frigidum, rege quod est devium . De sequentia uit de Mis van Pinksteren is me altijd heel dierbaar geweest. Een gebed zonder einde. Passie betekent ook verdriet Dan kom je bij het pijnlijkste van elke passie: het verdriet, want passie betekent ook pijn en verdriet. Verdriet dat niet iedereen het zo ziet als jij, maar vooral pijn dat er bij alle vriendschap en verbondenheid toch een breuk is, dat die vriendschap schijnbaar niet mag. 1 Tijdens de korte Byzantijnse gebedsdienst aan het begin van het symposium op 25 mei 2012 was de evangelielezing uit Johannes 4, Jezus’ontmoeting met de Samaritaanse Vrouw (red. Perspectief).

RkJQdWJsaXNoZXIy MzgxMzI=