Perspectief 2011-14

Perspectief, Digitaal Oecumenisch Theologisch Tijdschrift Katholieke Vereniging voor Oecumene, nr. 14, december 2011 4 Wat betreft die eeuwenoude, steeds weer herhaalde verschillen, de soms uit de 16 de eeuw stammende controversen: een aantal ervan is, zoals gezegd, in deze dialogen uit de weg geruimd. Ook dat is uiteraard winst. Ik noem er vier. (1) Allereerst – Kasper wijdt er een apart hoofdstuk aan – werd consensus bereikt over het oude twistpunt van de rechtvaardiging. Worden of zijn we gerechtvaardigd enkel door genade óf mede vanwege onze goede werken? Daarover ging de controverse. Luther benadrukte – zich kerend tegen de katholieke werkheiligheid – het ‘ sola gratia’ ; de katholieke leer bleef ruimte geven aan menselijke medewerking aan het heil. Wederzijds heeft men elkaar om die standpunten verketterd. Welnu, het Luthers - Katholieke gesprek mondde in 1999 uit in een gemeenschappelijke verklaring over dit punt. Dat wij, zondige mensen, door God deelgenoot worden gemaakt aan het heil, worden ‘gerechtvaardigd’, is puur genade. Wij hebben daar geen enkele invloed op, zo verklaren lutheranen en katholieken samen. Die door God geschonken rechtvaardiging vernieuwt ons, en dát stelt ons in staat tot goede werken. De goede werken volgen dus op de rechtvaardiging, ze zijn er, als het goed is, de vruchten van, en niet andersom. Aldus de verklaring, die later ook door de methodistische World Council werd onderschreven, en die overigens in de lutherse wereld niet onweersproken bleef. Een heugelijk gevolg van die consensus was dat wederzijdse veroordelingen uit de eeuw van de Reformatie werden herroepen. Over wat ooit ‘het centrale oecumenische probleem was’ had men, zo concludeert Kasper, substantiële overeenstemming bereikt. 4 (2) Een tweede tegenstelling die ‘ten grave werd gedragen’ 5 is die tussen de katholieke kerk als de ‘kerk van de sacramenten’ en de protestantse kerken als ‘kerken van het Woord’, een oud stereotype. Enerzijds een kerk die middels sacrament en liturgie heil bemiddelt, ja die zelf een ‘ sacramentum gratiae ’ is, en anderzijds een kerk waarin het Woord centraal staat, de verkondiging van het Evangelie, een die de naam ‘kerk’ waardig is voor zover het Woord er onversneden klinkt, een kerk als ‘ creatura verbi ’. 6 Met name in het calvinistisch protestantisme is die tegenstelling soms scherp gemaakt. Maar in alle vier de dialogen kwam naar voren dat ze veel te zwart-wit is. Die twee concepten van kerk sluiten elkaar niet uit, maar zijn compatibel en complementair. Aan protestantse kant werd men zich er gaandeweg meer van bewust hoe centraal in het kerkleven, naast de verkondiging, de liturgie is en in het bijzonder de viering van de eucharistie, de Maaltijd. ‘Een kerk die werkelijk een schepping van het Woord is zal dit Woord liturgisch en sacramenteel vieren’. 7 Anderzijds: het sacrament kan niet zonder verkondiging. ‘Een sacramentele Kerk die het Woord van God niet de juiste plaats geeft zou wezenlijk onvolledig zijn’. 8 Zo buigen die twee benaderingen naar elkaar toe. Kasper ziet daar terecht ‘een belangrijke oecumenische doorbraak’ in. 9 (3) Een derde tegenstelling die de afgelopen veertig, vijftig jaar verregaand is gerelativeerd, is die tussen het ‘sola Scriptura’ van de Reformatie en het ‘Schrift en Traditie’ van de katholieke kerk. Eeuwenlang werd die tegenstelling scherp aangezet. De protestanten verwezen naar de Bijbel als het enige onbetwijfelbare en zuivere fundament. De katholieken hielden het erop dat de leer van Christus vervat is in geschreven boeken én in ongeschreven tradities, die rechtstreeks teruggaan op de apostelen, zodat er naast de Schrift een tweede bron van waarheidsvinding is, de Traditie. Al tijdens de Faith and Order-conferentie van Montreal (1963) en tijdens Vaticanum II (de constitutie Dei Verbum , 1965) werd betoogd dat die tegenstelling vals is. Enerzijds: het is onhoudbaar om de Schrift tegenover de Traditie te stellen, want de Schrift is zelf een vrucht van de vroege kerkelijke traditie, is ‘Tradition in its 4 Ibidem, blz. 48 5 Ibidem, blz. 163 6 Ibidem, onder andere blz. 67-69, 132 7 Ibidem, blz. 68 8 Ibidem, blz. 68 9 Ibidem, blz. 69

RkJQdWJsaXNoZXIy MzgxMzI=