Perspectief 2011-13

Perspectief, Digitaal Oecumenisch Theologisch Tijdschrift Katholieke Vereniging voor Oecumene, nr. 13, september2011 8 consensus? Is het de mate van herkenning vanuit rooms-katholiek perspectief? Is het wat in de agenda van het katholieke gelovig aanvoelen of volgens de agenda met zorgpunten van het leergezag prioriteit verdient? Het zou mij liever zijn geweest als de uit de dialogen verwerkte teksten niet na elkaar, maar in kolommen naast elkaar waren weergegeven. Deze voorkeur hangt samen met twee factoren. Ze kunnen beide onder de noemer van de ongelijktijdigheid worden gebracht. De eerste factor betreft het feit dat er vrijwel niet is gereflecteerd op de eigen aard, inhoud en dynamiek van de vier dialoogprocessen. De teksten zijn als het ware uit het proces geplukt. Daarmee is het verband tussen de verschillende dialogen niet duidelijk en worden de geselecteerde teksten zonder context gepresenteerd. Ze krijgen zo een tijdloos karakter. De tweede factor betreft het feit dat de teksten 40 jaar omspannen. Sommige dateren uit de late jaren zestig. Ze dragen de sporen van de stand van zaken in oecumene en theologie uit die tijd. De jongste documenten komen uit de tweede helft van het afgelopen decennium: de studie over de apostoliciteit van de Kerk uit de luthers - rooms-katholieke dialoog (2006); het document over de genade in Christus uit van methodistisch - katholieke dialoog (2006); Growing Together in Unity and Mission uit de anglicaans - katholieke gesprekken (2007) en het document over de Kerk als gemeenschap van gezamenlijk getuigenis van het koninkrijk van God uit de katholiek - gereformeerde gesprekken (2007). Deze documenten weerspiegelen de stand van zaken uit het laatste decennium. Ook dat laat een ongelijktijdigheid zien die met het oog op het oogstproject om doordenking vraagt. Zeker, hermeneutische gevoeligheid kan kardinaal Kasper niet worden ontzegd. Daarvoor is hij te veel in de Tübinger School geschoold. Hij noemt hermeneutische problemen ook onder de nader te bespreken kwesties (nr. 108). Maar die betreffen de verhouding van Schrift en Traditie ten opzichte van bindende geloofsinterpretaties en de wijze waarop de Schrift moet worden geïnterpreteerd, niet het verband tussen en de ontwikkeling binnen de dialogen. 4.3. De gelaagdheid van de besproken kwesties De kwesties die in bilaterale dialogen worden besproken, zijn gelaagd. Op het eerste oog betreffen ze een inhoudelijk twistpunt, bij voorbeeld over de sacramentaliteit van het ambt. Maar daarin is een verborgen, meer abstracte laag meegegeven die te maken heeft met de wijze waarop de kerken waarheid vinden en bindende uitspraken doen. In die tweede laag gaat de kwestie meespelen aan welke bronnen ze gezag toekennen, hoe ze het gezag van de verschillende bronnen ten opzichte van elkaar waarderen en hoe ze in hun kerkstructuur hebben geregeld – als ze dat al hebben – hoe een bindende uitspraak kan worden gedaan. Een illustratie hiervan is te vinden in het eerste hoofdstuk van Een rijke oogst . Dat hoofdstuk gaat over Jezus Christus en de Drie-eenheid als fundamentalia van ons gemeenschappelijk geloof. Maar pas paragraaf C gaat inhoudelijk hierop in. Vooraf gaan een paragraaf over het Evangelie (A) en een paragraaf over de klassieke geloofsbelijdenissen (B). Ze worden naar voren gebracht als gezaghebbende bronnen. ‘Het Evangelie van Jezus Christus dat door de apostelen is verkondigd, is de bron van de hele heilswaarheid en de basis van iedere oecumenische dialoog’, aldus de eerste zin van paragraaf A. Blijkbaar moet eerst de vraag naar de bronnen en hun gezag worden geklaard, voordat de inhoud kan worden behandeld kan. Deze gelaagdheid in de besproken kwesties weerspiegelt zich als een gelaagdheid in de mate waarin overeenkomst of nog nader te bespreken gebrek daaraan wordt vastgesteld. Een inhoudelijk ‘ja’ kan zelfs gebrek aan overeenstemming op het vlak van de waarheidsvinding maskeren. Een weging van de waarde van Een rijke oogst en gebruik van het boek in het kerkelijk leven en leren vraagt erom deze dubbele gelaagdheid in zicht te houden.

RkJQdWJsaXNoZXIy MzgxMzI=