Perspectief 2011-12

Perspectief, Digitaal Oecumenisch Theologisch Tijdschrift Katholieke Vereniging voor Oecumene, nr. 12, juni 2012 15 Hnana van Adiabene zegt het omstreeks 600 na Christus zó in zijn ‘Uitleg van de Gouden Vrijdag’: “Petrus zei tegen de gehandicapte man: […] “Sta op en loop, jij die nooit gelopen hebt! Opdat jij met het totaal nieuwe feit van jouw lopen sámen met ons getuigt van het totaal nieuwe van Christus’ Opstanding.”” “De genezing had plaats op vrijdag, de dag waarop onze Heer heeft geleden, opdat voor degenen voor wie het lijden van onze Heer voorwerp van twijfel was, het lopen van de gehandicapte reden tot geloof in zijn verrijzenis zou zijn.” 3. Zichzelf overstijgend symbool De lamme man uit Handelingen 3 overstijgt zijn individuele geval: hij is – met een geleerd Grieks woord – een typos , een type. Je zou typos hier ook kunnen vertalen met ‘symbool’. Met andere woorden, de lamme staat voor meer dan zichzelf. Hij staat voor het collectief van de mensheid, voor de kerk, maar ook voor iedere mens afzonderlijk, voor de innerlijke mens, en zelfs voor Christus. De Syrisch-orthodoxe kerkvader Severus van Antiochië zegt omstreeks 500 na Christus in de 74 e van zijn zogeheten ‘Preken in de Kathedraal’ het volgende: “De feiten die op een historische manier plaatsvinden, dragen een verborgen rijkdom aan wijsheid in zich. Deze lamme gaat namelijk door voor de typos van heel de mensheid, dat wil zeggen de Kerk. […] Terwijl zij dood was, heeft Christus haar doen leven, door met zijn eigen dood diegene te verbrijzelen, namelijk Satan, die haar in de macht van de dood had gebracht.” En het Syrisch-orthodoxe getijdengebed van vandaag zingt het volgende: “De lamme die werd genezen door Simon en Johannes, vertegenwoordigt deze verlamde wereld. […] Zoals hij krachteloos in zijn benen was vanaf de moederschoot, zo was de Schepping verlamd totdat de Heer verscheen.” 20 4. Help de arme! Het verhaal van Handelingen 3 wordt ook en vooral opgevat als een oproep om ten opzichte van de behoeftige en arme naaste toch vooral oprechte medemenselijkheid en barmhartigheid te betrachten, en zo, aldus Severus van Antiochië, “de hongerige Christus te voeden die zich voortdurend ophoudt bij de Heilige Poorten”. Hier is dus Christus zelf de Lamme. Hij identificeert zich zozeer met de lamgeslagen mens, dat Hij als het ware zelf aan de tempelpoort om onze solidariteit en barmhartigheid staat te bedelen. De kerkvader Severus zegt over dat indringend appèl nog het volgende: “De reden dat de lamme aan Petrus en Johannes om steun vroeg, is om aan te tonen dat de barmhartigheid en naastenliefde ten opzichte van de behoeftige noodzakelijk is, zelfs voor degenen die in deugdzaamheid op de apostelen lijken terwijl ze in de tempel gaan bidden. Ook u, als u met eenzelfde houding hierheen bent gekomen 21 en een liefderijke hand naar de armen hebt uitgestoken, dan bent u waarlijk opgegaan naar de Schone Poort en hebt u van deze opgang geen leugen gemaakt.” 20 Gouden Vrijdag, Syrisch-orthodoxe feestbrevier 21 Dat wil zeggen: naar het kerkgebouw waar Severus zijn preek houdt.

RkJQdWJsaXNoZXIy MzgxMzI=