Perspectief 2010-10

Perspectief, Digitaal Oecumenisch Theologisch Tijdschrift Katholieke Vereniging voor Oecumene, nr. 10, december 2010 12 kunnen geven. Daarvoor heb je echter ook voorgangers nodig die hun talenten en tijd daarin kunnen en wensen te investeren. 3. Vormen van samenwerking Afhankelijk van de factoren die meespelen heeft de oecumene de afgelopen decennia een plaats gekregen in vele kerkelijke gemeenschappen. Dat kan variëren van intense samenwerking in diaconale of missionaire projecten en het houden van gezamenlijke woord en gebedsvieringen tot een volledig integrale samenwerking. Naast al deze samenwerkingsvormen tussen afzonderlijke kerkelijke gemeenschappen vinden er op talloze plaatsen oecumenische activiteiten plaats vanuit de plaatselijke Raden van Kerken of gelijksoortige samenwerkingsverbanden. Belangrijk voor de toekomst van al deze samenwerkingsvormen en activiteiten is dat ze passen bij en gedragen worden door de plaatselijke geloofsgemeenschappen. Waar de oecumene uiteindelijk een liefhebberij van enkelingen blijkt dooft het vuur van de oecumene langzaam maar gestaag. 4. Vaticanum II en Pastoraal Concilie … De oecumene heeft in de zestiger jaren van de vorige eeuw de wind enorm in de zeilen gekregen door het Tweede Vaticaans Concilie (1962-1965) onder de bezielende leiding van paus Johannes XXIII. Zijn oproep tot aggiornamento deed een nieuwe wind waaien door de Rooms-katholieke Kerk en gaf ruimte aan de ontwikkelingen binnen de nieuwere theologie. In Nederland kreeg dit een vervolg tijdens het Pastoraal Concilie (1968-1970) in Noordwijkerhout. Sindsdien heeft de oecumene zich binnen en buiten (basisgemeenten) de kerken ontwikkeld. 1 5. … en daarna Maar die ontwikkeling lijkt de laatste jaren in een impasse te zijn gekomen, wellicht zelfs te stoppen. 2 Daarvoor kun je meerdere oorzaken aanwijzen. De grote protestantse kerken 1 Zelf ben ik opgegroeid in een protestants (gereformeerd) milieu in een stadswijk, waar tot voor kort zelfs het Samen op Wegproces tussen hervormd en hereformeerd onmogelijk bleek, laat staan dat we oog hadden voor onze rooms-katholieke broeders en zusters. We wisten nog net waar het rooms-katholieke kerkgebouw stond. In mijn Amsterdamse studietijd lonkte de Studentenecclesia, en later de Dominicus, plaatsen vol openheid en een warmte. waar ieder zo maar welkom was. Mijn eerste gemeente lag boven Dokkum. De prachtige oude kerkjes daar waren inmiddels in het bezit van de hervormden. Ik kan me uit die tijd één keer een oecumenische viering herinneren, samen met de doopsgezinden, want rooms-katholieken waren zeldzaam daar bij de Waddenzee. Begin jaren tachtig streek ik neer ten noorden van Amsterdam waar doopsgezinden, gereformeerden, hervormden en rooms-katholieken viermaal per jaar gezamenlijke (woord- en gebeds)vieringen en soms bijeenkomsten hielden, bijvoorbeeld over het Lima-rapport. De vieringen werden voorbereid in het Oecumenisch Beraad, dat een goede plek bleek om nader kennis te maken met de wederzijdse tradities. Dit overleg verbond de deelnemers met elkaar. Daar groeide een hechte band, zelfs zozeer dat bij het afscheid van de pastoor de eucharistie werd gevierd in de besloten kring van dit gezelschap. In de vacaturetijd die na zijn vertrek ontstond vond de eerste oecumenische viering met eucharistie plaats. Voor rooms-katholieken zal dat de eerste echte oecumenische viering zijn geweest, voor veel protestanten bleek dat toen nog een stap te ver. Daarna kwam ik terecht in een vinexlocatie tussen het Amsterdam-Rijnkanaal en de A4, waar naast een Samen-op-Weggemeente een bloeiende rooms-katholieke parochie was. De oecumene daar kreeg vorm in een tweetal vieringen van Schrift en Tafel (in de parochiekerk een eucharistieviering, waarbij de protestanten te gast waren, en in de Samen-op-Wegkerk een avondmaalsviering, waarbij de rooms-katholieken van harte welkom waren) die gezamenlijk werden voorbereid. Vanuit deze ontmoetingen ontwikkelden zich steeds meer activiteiten waaraan gelovigen uit beide gemeenschappen deelnamen. Ik denk aan de avonden met bibliodrama, aan gezamenlijke publiciteit in huis aan huisbladen rond de Kersttijd, maar ook aan het project ‘Dopen’ waarmee de band met ouders van dopelingen werd vastgehouden door middel van brochures en thema-avonden. Menigmaal ging ik op mijn vrije zondag – tegen de stroom van mijn eigen gemeenteleden in - ter kerke in de parochie, omdat ik mij ook daar buitengewoon thuis voelde. 2 In de laatste decennia van de vorige eeuw was de bouw van een vinexlocatie dè gelegenheid om daar in een of andere vorm oecumenisch kerkenwerk te doen plaatsvinden. Wie de verslagen van de huidige vinexlocaties (Leidsche Rijn, Leidschenveen, Ypenburg, Wateringseveld, IJburg, Nieuwland, Vathorst) leest moet constateren dat er vaak nauwelijks een basis is voor kerkbouw. Activiteiten vinden veelal plaats vanuit bestaande locaties of

RkJQdWJsaXNoZXIy MzgxMzI=