Oecumenisch Directorium

HOOFDSTUK V 103 167. Omdat het wenselijk is dat de katholieke kerk, op verschillende niveaus, een eigen vorm vindt voor haar betrekkingen met andere kerken en kerkelijke gemeenschappen, en omdat de raden van kerken en de raden van christenen tot de belangrijkste vormen van oecumenische samenwerking behoren, strekt het tot voldoening dat in veel delen van de wereld de r. -k. kerk steeds nauwere contacten aangaat met die raden. 168. Het besluit om lid te worden van een raad, komt toe aan de bisschoppen van de regio waar de raad werkzaam is; het is dus hun verantwoordelijkheid toe te zien op de katholieke deelname aan die raden. Wat betreft de nationale raden zal dat meestal de Synode zijn van de katholieke Oosterse kerken of de Bisschoppenconferentie (behalve als er in een land maar één diocees is). Wanneer de ter zake bevoegde gezagdragers de kwestie bestuderen van het lidmaatschap van een raad, zouden zij bij het voorbereiden van hun beslissing contact moeten opnemen met de Pauselijke Raad voor de Bevordering van de Eenheid der Christenen. 169. Een van de talrijke factoren waaraan aandacht moet worden geschonken bij de beslissing om zich aan te sluiten bij een raad, is de vraag in hoeverre een dergelijke stap opportuun is. Voor alles moet men zeker zijn dat deelname aan de activiteiten van de raad te verenigen is met de leer van de r.-k. kerk en geen afbreuk doet aan haar specifieke en unieke identi teit. De eerste zorg moet zijn dat er duidelijkheid is op leerstelling gebied, vooral op dat van de ecclesiologie. In zichzelf noch uit zichzelf bevatten de raden van kerken en de raden van christenen de kiem van een nieuwe kerk die in de plaats zou komen van de gemeenschap die nu bestaat in de r.-k. kerk. Ze beweren niet dat ze kerken zijn noch eisen ze voor zich een gezag op waardoor ze iemand de bediening van woord of sacrament zouden

RkJQdWJsaXNoZXIy MzgxMzI=