Onze Vader - Vader van allen

14 3. Wat betekent het gezamenlijk gebed binnen de ontmoeting van de verschillende kerken? Ook de rijken en zij die van hoge geboorte zijn volgens de maatstaven van de wereld, krijgen hier een vermaning: wanneer zij christen worden, past hun geen hoogmoedig gedrag tegenover de armen en hen die van lage afkomst zijn. Samen zeggen zij tot God: 'Onze Vader.' Dat kunnen zij alleen met oprechtheid en eerbied zeggen, als zij elkaar als broeders en zusters erkennen. Augustinus, Bergrede 4. Augustinus wijst erop dat de aanspreking ‘Onze Vader’ als consequentie heeft dat we als ‘broeders en zusters’ met elkaar omgaan. Zien we dat terug in onze eigen gemeenschap en in ons eigen leven samen met anderen? Met 'hemelse' zou ook bedoeld kunnen zijn degenen die het beeld van het hemelse bestaan in zich dragen en in wie God woont en wandelt. Cyrillus 'Onze Vader die in de hemelen zijt.' Dat betekent: in de heiligen en rechtvaardigen. God is immers niet gebonden aan een bepaalde ruimte. De hemelen zijn weliswaar superieure stoffelijke substanties in het heelal, maar niettemin zijn ze stoffelijk en ze kunnen zich alleen maar op een bepaalde plaats bevinden. Indien men God toch een plaats toedicht in de hemelen als in de hogere delen van het heelal, zijn de vogels het beste af. Zij leven dan het dichtste in Gods nabijheid. Er staat echter niet geschreven: God is nabij aan mensen die zich op hoge plaatsen bevinden of die op bergen wonen. Er staat geschreven: 'De Heer is nabij aan de gebrokenen van hart.' Dat heeft meer met nederigheid te maken. Maar zoals de zondaar 'aarde' is genoemd toen tot hem is gezegd: 'Aarde bent u en tot aarde keert u terug,' zo kan daarentegen de rechtvaardige 'hemel' worden genoemd. Tot de rechtvaardigen wordt immers gezegd: 'Want de tempel van God is heilig, en die tempel bent u. Als God dus in zijn tempel woont en de heiligen zijn tempel zijn, dan is het juist te zeggen dat 'die in de hemelen zijt ’ betekent: 'die in de heiligen zijt.' En die overeenkomst is bijzonder treffend: er lijkt op geestelijk gebied een even groot verschil te bestaan tussen rechtvaardigen en zondaars als op stoffelijk gebied tussen hemel en aarde. Augustinus, Bergrede 5. Wat betekent het voor ons gebed wanneer we ‘de hemel’ in onszelf kunnen vinden?

RkJQdWJsaXNoZXIy MzgxMzI=