De toestand in de wereld

135683288 WKKtJ3HQDe Raad van Kerken vergaderde gisteren in de Jeruëlkapel in Utrecht. Het kerkgebouw wordt gebruikt door een Evangelische Broedergemeente, een Vrije Evangelische Gemeente en een Pinkstergemeente. Punt 2. van de agenda luidde: De toestand in de wereld. Het deed onmiddellijk denken aan G.B.J. Hilterman die tussen 1956 tot 1999 voor AVRO radio wekelijks een column uitsprak onder ditzelfde motto. De commentaren van Hilterman waren - zo herinner ik me - altijd helder en werden met grote zelfverzekerdheid gebracht. Zijn stellingnames over de internationale politiek riepen ook altijd tegenspraak op.

In de vergaderzaal van de Jeruëlkapel hebben we na een moment van stilte en gebed met elkaar gesproken over de toestand in de wereld waarbij de focus gericht werd op drie gebieden die de laatste maanden door rampspoed en oorlogsgeweld worden getroffen: Irak en Syrië, Gaza en Israël en Oekraïne. Wat kunnen kerken eigenlijk zeggen en betekenen ten overstaan van het verschrikkelijke geweld en de immense nood?

De afgelopen maanden heeft de Raad van Kerken niet met de armen over elkaar gezeten. Op aandringen van de Syrisch-orthodoxe Kerk heeft de Raad zich onder andere ingezet bij staatssecretaris Fred Teeven voor een tijdelijk asiel voor vluchtelingen uit Syrië met familie in Nederland. De Raad was betrokken bij de organisatie van de conferentie in Glane over kerkelijke hulpverlening aan Syrië en was vertegenwoordigd bij de demonstratie op 3 augustus in Enschede.

Ten aanzien van Gaza en Oekraïne zet de Raad in op ondersteuning van vredesinitiatieven en op het bewaren van de band van de vrede tussen de religies. Er is beduchtheid dat spanningen van elders doorwerken in Nederland. De Caïroverklaring van moslims, Joden en christenen van 20 augustus jl. wijst er op dat de religieuze spanningen in het Midden-Oosten ook een politieke en sociale achtergrond hebben en spreekt geloof en vertrouwen uit in de verzoenende kracht van de bronnen van de drie religies.

In een brief aan metropoliet Onufry, de voorzitter van de Oekraïense Raad van Kerken en Religies sprak de Raad van Kerken in Nederland zijn steun uit voor de inspanningen van de kerken in Oekraïne voor de vrede in het land.

Voorbede en hulp

In het gesprek van gisterochtend klonken veel gevoelens van machteloosheid door in het bijzonder bij diegenen die zich het meest betrokken weten. Aboena Samuel Dogan van de Syrisch-orthodoxe Kerk gaf daar uiting aan, maar zei ook 'we hebben gedaan wat we kunnen, maar veel kunnen we niet doen'. Ook Joan Lena van de Russisch-orthodoxe Kerk gaf uiting aan zijn onmacht en radeloosheid met de situatie in Oekraïne. In de parochies wordt voor de slachtoffers van het geweld gebeden en er wordt geld ingezameld. Ook bij de Katholieke en Protestantse Kerk ligt het accent op de voorbede in de parochies en het inzamelen van humanitaire hulp. Kerk in Nood en de Katholieke Vereniging voor Oecumene hebben het afgelopen jaar de katholieke gemeenschap in Nederland opgeroepen tot steun aan het Caritasnetwerk in het Midden-Oosten. Datzelfde doet Kerk in Actie in de protestantse kerken. Bij de viering van 10 jaar Protestantse Kerk in Nederland wordt door Kerk in Actie opnieuw een landelijke actie gevoerd voor steun aan de slachtoffers van de oorlog in Syrië en Irak. 

Gebed, humanitaire hulp, het delen van verhalen, blijvende inzet voor vrede en verzoening zijn bij uitstek wegen die kerken samen kunnen gaan. Dat is onweersproken en was ook gisteren de consensus. Moeilijker wordt het pas als in het gesprek ook de politieke en militaire kwesties aan de orde zouden komen. Daar zijn we gisteren begrijpelijkerwijze niet aan toegekomen. Het onderwerp was daarvoor ook veel te groot.

Wat zou Hilterman zeggen?

Mooi natuurlijk wat de Raad van Kerken en de lidkerken gedaan hebben en blijven doen, maar kunnen we het hierbij wel laten? Kunnen we abstraheren van de bredere historisch-politieke context waarin ook religies en kerken een rol spelen? Natuurlijk, wie de politieke vraagstukken aan de orde stelt, roept ook tegenspraak op. Om die reden wordt momenteel in kerkelijke gemeenschappen, die direct te maken hebben met de conflictgebieden, zo min mogelijk over politiek gesproken. Maar kunnen we daarmee in breder oecumenisch verband volstaan? Persoonlijk vind ik van niet.

Ik denk terug aan de jaren van de oorlog in Joegoslavië in de jaren negentig. Voor de slachtoffers was het niet-stellingnemen van Europa onverteerbaar. Bij mensen met familie in Syrië en Irak heb ik de laatste maanden dezelfde reacties gehoord en gevoeld als twintig jaar geleden. En voor de mensen die relaties hebben met Oekraïne en Gaza ligt dat niet anders. Onder de mantel van goede werken en liefdadigheid kan lafheid en onverschilligheid schuil gaan. Natuurlijk werken in de geglobaliseerde wereld spanningen van elders door in ons land. Daar ontkomen we niet aan. Mooi en moedig was het te horen hoe ds. Wessel Verdonk in de Haagse Schilderswijk zich te weer stelt tegen pogingen van buiten om de verhoudingen tussen groepen te vergiftigen.

Maar om dat te kunnen doen is er ook duiding nodig van wat er in de wereld gaande is. Wat zou vandaag anno 2014 G.B.J. Hilterman zeggen over de toestand in de wereld? En welke rol en gewicht heeft de godsdienst in dat geheel?

De toegenomen instabiliteit in de wereld zou zeker een onderwerp zijn waar hij regelmatig over zou spreken. Het is een feit dat sinds 1989 de staatkundige ordening eerst in Europa en daarna in het Midden-Oosten instabieler is geworden. Over de rol die het Westen onder aanvoering van de VS hierin speelt wordt verschillend gedacht. Het lijkt me niet waarschijnlijk dat Hilterman ook over de rol van kerk en godsdienst veel zou zeggen, maar dat moet wel onderdeel zijn van mijn analyse en stellingname die ik overigens geheel op persoonlijke titel geef. 

Midden-Oosten

In het Midden-Oosten spitst zich de instabiliteit nu vooral toe op Irak en Syrië waar geen centraal gezag meer functioneert, de bevolking massaal op de vlucht is gejaagd, honderdduizenden slachtoffers zijn gevallen en strijd gevoerd wordt tussen verschillende groeperingen. Daaraan vooraf gingen de Golfoorlogen I (1990) en II (2003) die leidden tot de val van Saddam Hoessein, en de Syrische burgeroorlog (2011) die nog in volle hevigheid woedt. De VS en Europa zijn er niet in geslaagd een helder en consistent beleid te ontwikkelen. Het is eerder weifelend en opportunistisch. Aanvankelijk ging de steun van de VS en Europa naar het Vrije Syrische leger in de strijd tegen het regime van Assad. Inmiddels wordt de beweging voor een Islamitische Staat in Syrië en Irak als een veel groter gevaar gezien. Er is een coalition of the willing gevormd die vanuit de lucht de strijd met deze groepering in Syrië zal voeren. De strijd tegen het internationale terrorisme is de reden om ten oorlog te trekken. Ook ons land wil aan deze missie deelnemen. Onduidelijk blijft wat deze oorlog binnen de hele regio betekent. Op de achtergrond speelt de grote invloed van Iran op Irak, Syrië en Libanon een rol waarbij de tegenstelling tussen sjiieten en soennieten als brandstof voor de oorlog dient. Iemand uit de Assyrische gemeenschap zei me dat er pas kans op vrede is als die invloed is beteugeld en er een nieuw evenwicht gevonden wordt. Tegen die tijd heeft er waarschijnlijk een herschikking plaats gevonden van zowel Syrië als Irak. Dat is in deze maalstroom van gewelddadigheid minderheden en hun cultureel erfgoed weggevaagd worden, mag niemand verbazen.

De benarde positie van de christenen in het Midden-Oosten is niet van recente datum. Met name sinds de tweede Golfoorlog zijn christenen massaal uit Irak gevlucht zodanig dat door specialisten als Otmar Oehring destijds voorspeld werd dat christenen uit dat land helemaal zouden verdwijnen. Vanuit de Assyrische gemeenschap gingen er in die jaren stemmen op om in de Nineve vlakte een veilige haven te creëren voor christenen en hen ook militair in staat te stellen zich te weer te stellen. Met name de Chaldeeuwse Kerk is zich blijven richten op de toekomst van de christelijke gemeenschappen in heel Irak. Vanuit onze vereniging hebben we door de jaren heen contact onderhouden met Caritas Irak dat met steun van het internationale Caritasnetwerk voortreffelijk werk doet. Het aantal christenen in Irak sinds 2003 gedaald van ruim 1 miljoen tot ca. 200.000. De rol die een minderheid in een desolate situatie zoals in Irak kan spelen is natuurlijk zeer beperkt. Maar de inzet voor vrede en dialoog van bijvoorbeeld de Chaldeeuwse patriarch Louis Sako die dezer dagen aanwezig was bij de vredesconferentie van de Sint-Egidiusgemeenschap in Antwerpen, is indrukwekkend en internationaal zeker van betekenis.

Oekraïne

Hoewel het velen waarschijnlijk ontgaat, hebben we ook in Europa te maken met instabiliteit ten gevolge van onzekerheid over de duurzaamheid van de staatsgrenzen tussen landen. Dat is aan de orde tussen Rusland en Oekraïne, maar ook op de Balkan en is een risico voor de vrede in Europa. Door commentatoren is er afgelopen maanden met regelmaat op gewezen dat Rusland uit is op het destabiliseren van Oekraïne, omdat het de invloedssfeer van de EU en met name NAVO vreest. Het is eigen aan grootmachten en regionale machten om te denken in termen van invloedssferen, maar het staat haaks op de principes van het internationaal recht. De jonge Oekraïense staat die pas op 24 augustus 1991 de onafhankelijkheid uitriep, vaart een pro-Europese koers. De verhouding tot Rusland is zo gecompliceerd niet zozeer vanwege de aanwezigheid van een Russische bevolking in het Oosten van Oekraïne, maar vooral omdat Rusland in wezen gevoel noch respect heeft voor de Oekraïense eigenheid en identiteit. Dat bleek onlangs weer in een verklaring van de Russische presdent Poetin waarin hij zei dat Russen en Oekraïeners door hem als één volk worden beschouwd. De wijze waarop Rusland direct en indirect delen van Oekraïne probeert los te maken uit het Oekraïense staatsverband is buitengewoon gevaarlijk en vraagt om een helder en consistent Europees antwoord. Het lijkt er op dat de Europese landen in deze vastbesloten zijn om niet te laten tornen aan de staatsgrenzen van Oekraïne. Maar echt vrede wordt het pas als ook Rusland bereid is de staatsgrenzen van Oekraïne formeel en feitelijk te aanvaarden.

De Kerken in Oekraïne en Rusland worstelen zichtbaar met de grote spanningen tussen beide landen. Binnen de Al-Oekraïense Raad van Kerken en Religies staat men op het standpunt dat de territoriale integriteit van Oekraïne geresepecteerd moet worden. Met deze eensgezindheid komen de verhoudingen tussen de kerken anders te liggen. Jarenlang stonden deze in het teken van de rivaliteit tussen de drie jurisdicties van de Orthodoxe Kerken in Oekraïne zelf. Het protest tegen de regering Janoekovitsj lijkt hen dichter bij elkaar gebracht te hebben. Vooral de Grieks-katholieke Kerk en de Oekraïens-orthodoxe Kerk van het patriarchaat van Kiev zijn uitgesproken in hun politieke opstelling voor een onafhankelijk en vrij Oekraïne en scherp in hun verhouding tot Rusland en het patriarchaat van Moskou. Door belangrijke personen van het patriarchaat van Moskou worden met name Grieks-katholieken en het (niet-erkende) patriarchaat van Kiev aangemerkt als aanstichters van het Oekraïense nationalisme. Dat kan consequenties hebben voor de internationale oecumenische betrekkingen tussen orthodoxie en katholicisme. Het conflict tussen Rusland en Oekraïne is echter vooral een risico voor de eenheid van de Russisch-orthodoxe Kerk van het patriarchaat van Moskou zelf. Naar verluidt is inmiddels de Oekraïens-orthodoxe Kerk van het patriarchaat van Kiev de grootste kerk in Oekraïne.

Balkan

In het verlengde hiervan moet er op gewezen worden dat bijna twintig jaar naar het verdrag van Dayton over de pacificatie van Bosnië-Herzegovina er ook op de Balkan nog steeds een aantal onopgeloste grenskwesties bestaat. De successiestaten van Joegoslavië hebben formeel elkaars grenzen nog steeds niet erkend. Dit ondanks het feit dat sommige, zoals Slovenië en Kroatië, al toegetreden zijn tot de Europese Unie. Formele erkenning van elkaars staatsgrenzen daar is van groot belang omdat sluimerende conflicten opnieuw kunnen escaleren. Dat geldt met name voor Bosnië waar de Servische entiteit aanstuurt op afscheiding van Bosnië en aansluiting bij Servië. En dat geldt in zekere mate ook voor Marcedonië dat ingeklemd tussen Servië, Bulgarije, Griekenland en Albanië kwetsbaar is en nog steeds niet in alle opzichten (naam en territoriale integriteit) is erkend door de nabuurstaten. De Europese Unie dient onverwijld op wederzijdse erkenning van de nieuwe staten aan te dringen.

De grote spanningen tussen de Rooms-katholieke Kerk en de Servisch-orthodoxe Kerk in verre en recente verleden zijn genoegzaam bekend. Gelukkig zijn er de laatste twintig jaar stappen gezet naar een normalistatie van de verhoudingen. Tot een echte verzoening is het echter beslist nog niet gekomen. Een verzoening van herinneringen heeft absoluut nog niet plaats gevonden. Minder bekend is de moeilijke positie van de Macedoons-orthodoxe Kerk die zich 1968 losmaakte uit het Servische patriarchaat, maar nog altijd niet door andere orthodoxe kerken als autocefale kerk wordt erkend. De erkenning wordt geblokkeerd door de Servisch-orthodoxe Kerk. Hier ligt een vergelijkbaar probleem als in Oekraïne waar het patriarchaat van Moskou een blokkade opwerpt. Tegelijkertijd is de Macedoonse-orthodoxe Kerk een belangrijke pijler van de Macedoonse staat en identiteit. Dat heeft helaas ook meteen een weerslag op de relatie met Albanezen (ca. 25%) die die identiteit niet delen en zich daarvan distantiëren.

Vrede

De vrede in de wereld steunt in belangrijke mate op stabiele verhoudingen tussen staten en de acceptatie en toepassing van de beginselen van het internationaal recht. Ik denk dat G.B.J. Hilterman daar vandaag de vinger op zou leggen en zijn mening zou geven over de vraag wat het Westen kan doen om de staatkundige stabiliteit in het Midden Oosten en Oost-Europa te vergroten. Godsdiensten spelen daar een rol in, al is het niet direct op politiek vlak. In conflictsituaties en oorlog komt het er op aan of religieuze leiders en gemeenschappen in staat zijn om een brug te slaan naar andere gemeenschappen met wie zij samen het land bewonen. Daarom zijn oecumene en interreligieuze dialoog zo wezenlijk.