Jaargang 68 Nummer 5

Pokrof 16 Johannes Chrysostomus leefde van ± 347 tot 407. Hij was net als de andere twee monnik, hij leidde een streng leven en werd later priester in Antiochië, de hoofdstad van het toenmalige Syrië, waar hij zelf vandaan kwam. Weer later was hij aartsbisschop van Constantinopel. Hij preekte tegen het uitbuiten van de armen. Hij had een retorische opleiding gehad bij de beroemde heidense redenaar Libanius. In Constantinopel predikte hij tegen de heersende mistoestanden, o.a. tegen de toenmalige keizerlijke gemalin Eudoxia. Vanwege zijn kritiekwerd hij verscheidene keren verbannen; tijdens de laatste verbanning stierf hij op weg naar zijn beoogde ballingsoord. Vanwege zijn retorische begaafdheid kreeg hij vele jaren na zijn dood, in de 6e eeuw, de titel ‘Guldenmond’, Chrysostomus. Alle drie genoemde bisschoppen waren belangrijke kerkvaders voor de Byzantijnse Kerk. Meer dan 650 jaar later ontstaan er in het Constantinopel in het laatste kwart van de 11e eeuw in de Kerk discussies wie van de drie bisschoppen de grootste was. Sommige beweren dat Basilius superieur was aan de twee anderen vanwege zijn uitleg van het christelijke geloof en vanwege zijn voorbeeld als monnik. Anderen zeiden dat Gregorius van Nazianze de voorkeur verdiende boven Basilius en Johannes Chrysostomus vanwege zijn zuiverheid, vanwege de diepte van zijn preken en zijn verdediging van het geloof tegen de ariaanse ketterij. Een derde groep vond dat Johannes Chrysostomus ongeëvenaard was in zijn welsprekendheid en in het brengen van zondaars tot berouw. Er onstonden aparte groepen van Basilianen, Gregorianen en Johannieten. Steeds meer mensen mengden zich in de ruzies tussen hen. Tot op een nacht de drie hiërarchen in een droom verschenen aan Johannes Mauropus, de metropoliet van de Byzantijnse stad Euchaïta, eerst ieder apart en daarna samen. Sprekend met één stem zeiden ze: “Zoals je ziet zijn wij drieën bij God en geen onenigheid of rivaliteit verdeelt ons.” Ze zeiden dat ze alle drie, overeenkomstig de omstandigheden en overeenkomstig de inspiratie die ze ontvingen van de H. Geest, geschreven en geleerd hadden wat de redding van de mensen aanging. Ze zeiden dat degenen die ruzie maakten geen verdeeldheid in de kerk moesten creëren. De ruziemakers kregen de opdracht om de drie gedachtenissen tot één feest samen tevoegenendat ieder jaar tevieren. Als ze de drie heiligen op zo’n manier zouden eren, beloofdendeze dat ze inhun gezamenlijke gebed voor hun redding ten beste zouden spreken. Johannes Mauropus verzamelde na deze droom de mensen en informeerde hen over de openbaring. Daarop sloten de partijen vrede met elkaar en ze beijverden zich om een gezamenlijke viering voor de drie hiërarchen samen te stellen. De drie hiërarchen hadden elk apart in de maand januari hun feest: Basilius op 1 januari, Gregorius van Nazianze op 25 januari en Johannes Chrysostomus op 27 januari. Johannes Mauropus koos 30 januari als de datum voor de gezamenlijke feestdag, als een soort zegel op de maand: het feest van de Drie Grote Hiërarchen en Oecumenische Leraren. Er kwam ook een feesticoon, waarvan de hierbij geplaatste icoon een voorbeeld is. Zo worden wij eraan herinnerd door de Drie Heilige Hiërarchen dat kerkvaders überhaupt een belangrijke plaats innemen in het geloof van de Kerk. Het is een goede zaak om de kerkvaders te lezen en zich door hen te laten inspireren in het geloof. Leo van Leijsen Leo van Leijsen (Foto: G. van Dartel).

RkJQdWJsaXNoZXIy MzgxMzI=