Jaargang 68 Nummer 4

Pokrof 17 seminarie liep de examinator rood aan en begon maar over iets anders. Koren waarmee hij in zijn diakentijd werkte, moesten steeds weer opnieuw de toon aangegeven krijgen (zeer herkenbaar!). Later in Londen troostte v. Antonij hem: als priester kun je muzikaal minder kwaad doen dan als diaken. En de Amsterdamse priester, Alewijn Voogd, vader Aleksej, - bij alle namen hier houd ik me aan de spelling in het boek - die veel geduldmet hem had, zei: “Luister niet naar de dirigent, maar naar je innerlijk”. Het is overigens niet voor niets dat de oude Russische kerkzang niet wordt weergegeven met muzieknoten, maar met tekens: znaki, znamena, die meer betekenen dan alleen noten. Om znamena te begrijpen, wordt een onderzoeker aangehaald, moet je znamenno leven. Het zal bekend zijn dat veel mensen door de zang, evenals door de iconen, tot geloof komen. De liturgie is ook niet te begrijpen als je alleen in een boekje kijkt. Behalve het woord, brengen handelingen, omgeving, iconen, zang en wierook je tot begrip. Voor de icoon, in zwijgen luisterend, ontstaat, mits je geheel jezelf bent, tussen twee werelden, het gebed. Na deze meer uitgebreide betogen, over Soerozjskij en de Kerk, lezen we achttien preken, naar aanleiding van het feest van de dag, waarbij je de indruk hebt dat je met het parochieleven mee beweegt. Ik noem slechts de eerste preek, die over de H. Willibrord, “Voorlichter van de Lage landen”, afgebeeld op een van de zuilen van de Koningsdeuren, als een van de pijlers van de Kerk. Zijn leven komt ter sprake, hoe hij zijn land verliet zoals Abrahamdat deed, zijn stichten van kerken en scholen, zijn strijd tegen het heidendom. Jazytsjestvo, heidendom, bevat het woord jazyk, taal, als om te benadrukken dat de heiden zich afscheidt in een eigen taal, Vader Sergij Ovsjannikov met de paaskaars (Foto: J. Forest)

RkJQdWJsaXNoZXIy MzgxMzI=