Jaargang 67 Nummer 3

Pokrof 8 zonder te worden verbrand. Gregorius van Nyssa (4 e eeuw) schreef bij voorbeeld: “Hieruit leren wij het mysterie van de Maagd. Het licht der goddelijkheid dat door de geboorte scheen vanuit haar in het menselijke leven, verteerde niet de brandende doornstruik, net zo goed als de bloem der maagdelijkheid niet verwelkte door te baren.” In de Byzantijnse liturgie komt ook de figuur van Mozes voor: ‘Gij besteeg de hoogten der deugden, Profeet Mozes. Daarom werd gij waardig bevonden om de heerlijkheid van God te zien. Gij ontving de met genade vervulde tafels van de Wet en gij droeg in uzelf de genade van het schrijven. Daarom waart gij de vererenswaardige lofprijzing van profeten en een groot geheim van vroomheid.’ (troparion van 4 september, gedachtenis van de profeet Mozes) ‘Heer, wij vieren vandaag de gedachtenis aan uw profeet Mozes, daarom smeken wij U onze zielen te redden.’ (troparion van 4 september, gedachtenis van de profeet Mozes) ‘Het koor van profeten verheugt zich vandaag met Mozes en Aaron, want de vervulling van hun profetie is in ons midden. Het Kruis, waardoor gij ons gered hebt, schittert vandaag. Door hun gebeden, Christus God, ontferm U over ons.’ (kondakion van 4 september, gedachtenis van de profeet Mozes) ‘De grote profeet Mozes heeft al op deze dag gewezen, toen hij schreef: God zegende de zevende dag. Want dit is de gezegende Sabbat, waarop de eengeboren Zoon van God, rust van de werken die Hij heeft verricht en zo viert Hij de Sabbat als teken van overwinning op de dood en keert terug naar zijn vroegere heerlijkheid. Door zijn verrijzenis schenkt Hij ons eeuwig leven, want Hij alleen is goed en bemint de mens.’ (Vers vespers paaszaterdag) In het vers zoals dat hierboven staat en dat stamt uit de Vespers van Paaszaterdag wordt “de grote profeet Mozes” in zijn profetische gestalte afgeschilderd, doordat hij met de woorden uit Genesis, ‘God zegende de zevende dag’, had gewezen op het feit dat Jezus na zijn dood op Paaszaterdag rustte van de werken die hij had volbracht. Er wordt in de liturgie niet alleen over Mozes gezongen, maar er worden twee Bijbelse oden die op naam van Mozes staan gezongen in de Metten: Exodus 15: 1-19 en Deut 32: 1-43, de laatste vanwege zijn dreigende karakter alleen tijdens de Grote Vasten. Leo van Leijsen

RkJQdWJsaXNoZXIy MzgxMzI=