Jaargang 66 Nummer 4

Pokrof 4 opkomst van de Russische ondergrondse kerk, en de afscheiding van Moskou door Russisch- orthodoxe kerkelijke structuren in de diaspora. De Orthodoxe Oekraïners streden voor hun eigen kerkelijke onafhankelijkheid, vooral tij- dens de jaren van de Eerste en Tweede Wereldoorlog, en verloren uiteraard die strijd. Echter, in Polen ontstond in 1925 een Oekraï- ense kerk die autocefaal werd verklaard door het Oecumenisch Patriarchaat, met de naam “Orthodoxe kerk in Polen”, en op grond van de- zelfde argumentatie, die in 2019 geleid had tot de oprichting van de Orthodoxe kerk van Oekraïne. In deze gecompliceerde context was metropo- liet Sheptytskyj duidelijk een katholieke hië- rarch en ondanks het feit dat hij vaak vrij stond ten opzichte van de geest van de tijd, hield hij vast aan de traditionele ecclesiologie die hij in Krakau op het jezuïetencollege had geleerd, toen hij daar zijn theologische en filosofische vorming ontving; hij ondersteunde strikt de stelling dat zonder in gemeenschap te treden met de bisschop van Rome kerkelijke eenheid onmogelijk was. Niettemin was hij zich in zijn geestelijke roeping (en door zijn bewuste keuze voor de geünieerde Kerk jm ) bewust van zijn orthodoxe wortels. Sheptytskyj zag zichzelf als de hiërarch van heel de oude metropolie van Kiev, en daarom ging hij in zijn handelen verder dan de grenzen van Galicië en streefde ernaar om ook daarbui- ten zijn geünieerde kerk te versterken. Concreet betekende dat, dat hij in 1914, toen hij als gevangene op weg was naar Soezdal, in Kiev (dus in het Russische rijk!) in het geheim twee bisschoppen wijdde met het doel de eparchie Lutsk-Ostrog te herstellen, die in 1828 door een decreet van keizer Nicolaas I was opgeheven. In deze beriep hij zich op zijn gezag als plaatsver- vanger van de metropolie Kiev, en met geheime bevoegdheden van paus Benedictus XV. Op deze zelfde basis verkondigde hij in 1917 de vorming van vier exarchaten: Wolynië, Oost- Oekraïne, Wit-Rusland en Rusland, en be- noemde ook de exarchen. Het is duidelijk, dat de Russische autoriteiten dit herstel van het bisdom Lutsk-Ostrog niet toestonden en de bisschoppen konden daar hun bestuur dus niet beginnen. In de jaren 1940-1941 ontnam paus Pius XII Sheptytskyj alle buitengewone bevoegdheden, maar bevestigde wel de door hem gemaakte benoemingen. De paus plaatste meteen deze exarchaten rechtstreeks onder de Heilige Stoel, en benoemde Sheptytskyj tot delegaat voor deze exarchen namens de Heilige Stoel De strijd om de restauratie van de Oekraïense staat ging door na de Eerste Wereldoorlog, en Sheptytskyj steunde openlijk dit streven; de Kievse elite nam contact met hem op, vooral Pavlo Skoropadskij (functionaris van de Oekraïense Staat in 1918), die het idee opperde van de oprichting van een Oekraïens patriar- chaat. Sheptytskyj was feitelijk overeengeko- men patriarch te worden van die ene Oe- kraïense Kerk, maar alleen op voorwaarde dat ze verenigd zou zijn met Rome en dat Rome dit zou bevestigen. Dit geeft aan dat zelfs toen de Oekraïense kerken inzagen hoezeer zij met elkaar verbonden waren, geworteld in de oude Kievse Metropolie van de doop van Sint- Wolodymyr. Toen hij al dicht bij zijn dood was, zette metro- poliet Andrej Sheptytskyj samen met de Russisch-orthodoxe professor Alexander Oglo- bin een commissie op die moest zoeken naar een gemeenschappelijke visie op de Unie van Brest. Hij begon correspondentie met de bis- schoppen van de Oekraïense Autonome Ortho- doxe Kerk van het Moskous patriarchaat, die tijdens de Tweede Wereldoorlog was ontstaan, alsmede met de Orthodoxe Kerk van Polen. Dit feit van zijn correspondentie is al oecu- menisch, maar de tijdgeest liet niet toe om serieuze vooruitgang te boeken. De Orthodoxe bisschoppen, die echte Oekraïense patriotten waren, lieten op een diplomatieke manier doorschemeren dat de metropoliet een voor- vechter was van russofiele liturgische tenden- sen, en op zijn stellingen over de gemeenschap met Rome antwoordden zij, dat die wel gemak- kelijk de Grieks-katholieken mee zouden krij- gen, om vervolgens samen te zoeken naar een eenheid met Rome, die zou breken met de Orthodoxe patriarchen. Echter, beide zijden wezen ook op de noodzaak om dichter bij elkaar te komen, de vijandigheden te vermij- den en te komen tot nationale overeenstem- ming. Andrej Sheptytskyj kende heel goed de Rus- sisch-orthodoxe context. De eerste keer dat hij het Russische Rijk bezocht was in 1887, en tij-

RkJQdWJsaXNoZXIy MzgxMzI=