Jaargang 63 Nummer 3

Pokrof 1 5 Archimandriet Sophrony A rchimandriet Sophrony werd als Sergej Sacharov geboren in 1896 uit orthodoxe ouders in het tsaris- tische Rusland. Hij blijkt een vroom jon- getje dat graag bidt en heeft in zijn jeugd al diep religieuze ervaringen. Hij leest veel, vooral de grote Russische schrijvers Gogol, Tolstoi, Dostojesvki en Poesjkin. Hij ontdekt bij hen de strijd tussen illusie en wanhoop. Al jong wordt hij zich zo bewust van de tragische kant van het bestaan. Hij krijgt moeite met het idee van een persoonlijke God in het christendom. Ondanks zijn ortho- doxe achtergrond voelt hij zich meer aange- trokken door het onpersoonlijke en absolute van de oosterse boeddhistische mystiek. Met zijn artistieke gaven is hij inmiddels gaan stude- ren aan de kunstacademie. Weg uit Rusland: Parijs en Athos In zijn schilderkunst probeert hij de eeuwige schoonheid weer te geven. In 1921 verlaat Sergej het communistische Rusland en vestigt hij zich in Parijs, zoals veel van zijn intellectu- ele en artistieke landgenoten. Hij heeft er suc- ces als kunstschilder. Zijn geestelijke zoektocht brengt hem opnieuw naar het christendom. Hij gaat in 1925 studeren aan het pas geopende theologische Instituut Saint-Serge te Parijs. Maar de dogmatische theologie kan hem geen voldoening schenken. Sergej Sacharov reist naar de berg Athos. Op 25 november 1925 wordt hij met de naam Sophrony ingeschreven op de lijst van monniken. Na vier jaren van onophoudelijk gebed en innerlijke worsteling ontmoet hij starets Silouan in het Russische Panteleimonklooster. Deze is als Russische boerenjongen zonder veel schoolopleiding monnik op Athos geworden en heeft zó veel indruk gemaakt dat hij thans in de Orthodoxie als heilige wordt vereerd. Acht jaar zit Soph- rony aan de voeten van zijn starets, tot aan diens dood in 1938. Het werd de belangrijkste ontmoeting in Sophrony’s leven. Met de zegen van zijn overste trekt hij zich daarna terug op eenzame plaatsen van het monnikenschierei- land, in rotskluizen. In 1941 ontvangt hij de Het menselijk denken is uit zich- zelf niet in staat het goddelijk mysterie in woorden uit te druk- ken. Christelijke kennis is de vrucht van Openbaring die door God zelf aan de mens wordt geschonken. Geen abstracte filo- sofie, maar een existentiële ver- bondenheid met God. Van hieruit wordt een mens zich bewust van zijn oneindige waarde, en van die van elke andere mens. Dit leert archimandriet Sophrony (Moskou, 1896 – Tolleshunt Knights GB, 1993). Archimandriet Sophrony.

RkJQdWJsaXNoZXIy MzgxMzI=