Jaargang 52 Nummer 5

POKROF 4 Mor Julius is geboren in 1942 in Kafro c Eloyto, een dorpje in het hart van de streek Tur c Abdin, in Zuid-oost-Turkije. Hij was zoon van een priester en, zoals zoveel jongens uit die streek, werd hij al vroeg, negen jaar oud, naar het klooster gebracht om daar een opleiding te krijgen. In het be- faamde klooster Deir al-Za c faran - nu op de UNESCO-lijst van be- schermd cultureel erfgoed en tot na de Eerste Wereldoorlog cen- trum van de Syrisch-orthodoxe Kerk en residentie van de patriarch - leerde hij de oude ker- kelijke en literaire taal het Syrisch. Verder leerde hij Turks en Arabisch en kreeg hij onder- richt in de godsdienstige tradities van de Syrisch-orthodoxe ge- meenschap. Na zijn wijding tot diaken op zes- tienjarige leeftijd, werd hij de helper van de bisschop van Mardin, Mor Philoxenos Dolaba- ni, een herder met intellectuele belangstelling, die grote invloed heeft gehad op zijn leerling. In 1960 werd hij novice in het Mor Gabriëlklooster, nog befaamder dan Deir al-Za c faran en volgens de traditie al gesticht op het ein- de van de 4e eeuw. Hier leerde hij de kunst van het afschrijven van handschriften. Twee jaar later al werd hij tot abt van het klooster gekozen en tot priester gewijd. Toen er meer ruimte voor studie kwam, trok hij naar het Syrisch- orthodoxe St Ephrem-seminarie in Libanon ( c Atshaneh), waar hij zijn Arabisch perfectioneerde. Hij verbleef in Jeruzalem, volgde taalcursussen in Duitsland en woonde twee jaar lang (1975-’77) in de Verenigde Staten. Toen het ten gevolge van de migratie uit Tur c Abdin naar Europa noodza- kelijk bleek daar enkele bisdom- men op te richten werd rabban Yeshu c , zoals hij in het klooster genoemd werd, aangesteld tot patriarchaal vicaris (1977) en later tot metropoliet voor het bis- dom Midden-Europa en de Be- nelux. Met grote energie heeft hij belangrijke initiatieven geno- men, zoals de oprichting van het Sint Efrem de Syriërklooster te Glanerbrug, dat het centrum van het bisdom zou worden, de publi- catie van het tijdschrift Qolo Suryoyo (De Syrische Stem) en de vestiging van een uitgeve- rij/drukkerij. In het diocees zijn onder zijn leiding niet minder dan 51 parochies opgericht, een groot aantal daarvan met een nieuw gebouwde kerk. Mor Ju- lius volgde alle ontwikkelingen in zijn bisdom nauwgezet en bezocht regelmatig alle lokale gemeenschappen. De gemeenschap een gezicht gegeven Tijdens de begrafenis hield een aantal gelovigen een spandoek omhoog waarop Mor Julius werd vergeleken met Jakob Burde- c ono. Deze Jakob was een van de grondleggers van de Syrisch- orthodoxe Kerk, die tegen de ver- drukking door de Byzantijnse Op zaterdag 5 november 2005 is Julius Çiçek, Syrisch-orthodox bisschop voor Centraal-Europa, onder overweldigende belangstel- ling ten grave gedragen. Een week tevoren was hij onverwacht gestorven te Duitsland. De begrafenis had plaats volgens de Syrisch-orthodoxe ritus van de begrafenis voor een bisschop. Het was een indrukwekkende plechtigheid, waarbij Mor (= mgr) Julius, naar oude traditie, in zittende positie en met de staf in zijn linkerhand, werd rondgedragen en daarna opgebaard voor het altaar. De plechtigheid werd geleid door de Syrisch-orthodoxe patriarch van Antiochië, Ignatius Zaka I Iwas, in aanwezigheid van veel Syrisch-orthodoxe bisschoppen en vertegenwoordigers van andere kerken. Mor Julius Çiçek (1942-2005) Mor Julius Yeshu c Çiçek, Syrisch- orthodox aartsbisschop van Midden-Europa en de Benelux (1942-2005). (Foto: Leo van Leijsen)